Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 30 april 2025
Ik zou zoo graag willen weten, waarheen ze gegaan zijn, dan kunnen mijn vader en mijn broeder, die de twee laatste maanden in Madrid zijn, hunne maatregelen nemen. Indien u de moeite zoudt willen doen in de omgeving van Toledo een onderzoek in te stellen, dan zoudt u mijn familie zeer verplichten."
Zeg zeer beleefd aan menheer Kippelaan dat ik iemand bij me heb met wien ik moet spreken.... iemand die.... uit de stad moet, die.... Ik kan den man niet ontvangen." Weinige oogenblikken later komt Hendrik terug, en zegt dat mijnheer Kippelaan juist het allermeest is gekomen om den persoon dien de generaal bij zich heeft: "Hij wilde dokter Helmond zoo bijzonder graag eens eventjes spreken."
Velen verklaarden zich bereid haar bij zich te laten onderduiken, maar Bep weigerde. Foto 16 Bep Blok, dopelinge van ds Buskes In het archief van ds. Haar eerste brief is geschreven op zondag 16 augustus, 1942: Na die paar haastig gewisselde woorden van drie weken geleden, wilde ik U graag een nadere verklaring geven.
O! moest werkelijk dit zalig ontmoeten zoo spoedig weder eindigen? kon dit heerlijk samenzijn niet nog één ènkelen dag langer duren? "U weet niet hoe innig graag wij nog langer hier zouden blijven, mijn man heeft nog zooveel met papa te bespreken, zooveel te zeggen; maar mijn man kan niet langer blijven, zijn tijd is zóó beperkt.
"Ja juist, dat wilde ik juist zoo graag," riep Maarten levendig uit; "een man in mijn positie kan immers niet zoo goed zulke zaken zelf regelen; maar aan den anderen kant is het toch ook niet goed het tijdelijke te verwaarloozen." "Zeer zeker niet,... neen... ik begrijp u zoo goed, en 't zal mij een genoegen zijn, als ik..."
Veel ernst bespeur ik niet onder de menschen, al zijn de Grieken een volk, dat graag zijn gevoel naar buiten toont; het karakter van deze groote kinderen leent zich nu eenmaal niet tot uitingen van droefheid, die toch eigenlijk bij de omstandigheid zouden passen.
"O ja, ik wou u nog graag wat vragen; ik zou graag op het graf van mijn man nog een vers laten aanbrengen, waarin de edele levenswandel en de laatste woorden, die hij op zijn sterfbed gesproken heeft, vermeld worden. Staat dat voornaam?" "Zeer voornaam .... men noemt dat een epitaphium .... het is heel voornaam." "Kent u niet iemand, die dat goedkoop voor mij zou kunnen maken?
Zal ik tot boete naar Steinhausen meegaan?" »Als gij geen lust hebt doe het dan liever niet." »Maar.... dan kan ik ook niet uitgaan.... want als Steinhausen dat bij toeval hoorde, ik wou hem toch niet graag boos maken...." »Ga gerust uit, ik zal wel een excuus voor u vinden, of gij moest verlangen dat ik nu ook thuis bleef."
"Ik ga eerst even naar het postkantoor om te kijken of er ook brieven zijn, en dan naar Castle Hill; het uitzicht is er zoo mooi, en ik voer de pauwen zoo graag. Ben je er wel eens geweest?" "Dikwijls, maar dat is al jaren geleden; ik heb er dus niets tegen om er nog eens heen te gaan." "Vertel mij nu eens alles van jezelf.
Ga zitten, dan kun je mooi meeproeven van mijne aardappelen; ze zijn net klaar." "Graag," zei Lize; want ze had honger gekregen van het bergklimmen. Daar zat ze al en keek rechts en links. "Waar is toch je huis?" vroeg ze. "Ik zie nergens een huis." "Zie je die deur daar in den berg?" vroeg het mannetje, "dat is mijne huisdeur." Neen maar, zoo iets had Lize nog nooit gezien.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek