Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 mei 2025


Honger, koude, ziekte, naaktheid, het is onbegrijpelijk. Ho, ik acht mij gelukkig bemiddeld te zijn, want het is zoo verheugend goed te doen!" "Men zou zeggen, dat gij goesting hebt om te weenen, Annah! Ik zie water in uwe oogen blinken; wees toch zoo gevoelig niet. De arme menschen zijn immers dezen Winter zoo niet te beklagen?

Maar Uilenspiegel deed zijne goesting; hij verzorgde zijn hond zóó goed, dat de gekwetste na zes dagen liep zooals de meesten zijner verwaande natuurgenooten, met den steert omhoog.

"Mijnheer, mijnheer, mag ik mijne goesting eens doen?" vroeg de hovenier. "Ja, ik wensch dat men Jan Verhelst zijn ongeluk doe vergeten." "En indien het al eenige franken moest kosten, mijnheer?" "Daar moogt gij niet op zien; ik geef u volle vrijheid." "Ha, ha, het zal er stuiven, morgen!" juichte da hovenier. "Hoera, hoera, leve Jan Verhelst!"

Ze gingen op gelijke passen voort, altijd achter het stof dat hunne voeten opwolkten; en 't eenige geluid was hunnen asem, het kletsen van een korenaar tegen hun gezicht, en het gonzen van de bieën rond den honingpot. Zoo waren zij al een heele tap gegaan, en Pallieter zijn mond was poederdroog van dorst, en hij had een verschrikkelijke goesting naar den smaak van bier gekregen.

Ze geraakte er niet toe te denken dat misschien Romaan niet thuis zou komen en dat Goedele tegenstribbelen mocht. Ze had hare gansche heerschappije weer in handen en geen wil zou weerstaan aan haar wil. Ze bouwde in hare hersens de machtige machinatie die zou endelijk ommedraaien, naar heur volle goesting, met geweldig raderwerk.

Achter in de tuinen miauwden verlaten katten. Wat een gedacht, herbegon Snepvangers, hij laat zijn huis in den steek en trekt naar Engeland ... Elk zijn goesting, meende Craen en sneed een tweede peer. Ik moet hem toch een briefken zenden. Ja ... ik ken iemand die morgen naar de grens gaat ... daarbij 't wordt tijd ... ge weet na acht uur moogt ge niet meer op straat loopen ...

Dat kind is geen gewoon kind... Sander zegt het ook... Albertken moet advokaat worden... Och, en ge weet nog niet of het kind daar goesting zal voor hebben... Goesting? Goesting... ook gij kent hem niet. Albertken geen goesting hebben... hij wordt nog veel meer dan advokaat... Dat kind is nu mijn leven...

't Is toch 'n vieze, zei Snepvangers ontsteld. Och, elk zijn goesting, troostte Miranda. Wanneer Snepvangers den volgenden morgen zijn spitsken buiten liet, las hij in de oogen van Sander hoe diep hij in zijn achting gedaald was met het kweeken van "klein geneuk". Snepvangers had veel meeval in de kanariekweekerij en zijn ambitie groeide er door. Zijn huis was een zangpaleis.

Kladden zon schoven grillig door de hooge boomen op zijn zwarte soutane en zijn glimmenden tikkenhaan, en deden soms schitteren de goude snede van zijn brevier. Pallieter, als hij dat zag, kreeg goesting om het goede weer te psalmeeren.

Wij zitten in een sterk gewelfden kelder, betoogde Antoine, wij hebben onze voorzorgen genomen... zakken zand... Ja, dat ben ik, die flauwskens... zakken zand en emmers water... ieder zijn goesting, meende hij verachtelijk, maar ik denk er het mijne van, zoo uw kinderen aan het gevaar bloot te stellen...

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek