United States or Poland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Neen, het goud is een goede gave, en kan het niet helpen, dat de menschen er voor knielen, evenmin als de stralende zon het kan helpen, dat de inboorlingen van Midden-Afrika haar aanbidden, en evenmin als het sobere kaarslicht het kan gebeteren, dat de vlinder zijn vleugels zengt in zijn vlam.

Zeg 'm dat ie dankboar mot zin da'k 'm giesteren oavend liet ophoalen." Geurt trok de schouders op en ging. "En ik zeg oe dan da'k 'r sprêken wil!" klonk het eenige oogenblikken later voor de kamerdeur; en eer dat Geurt 't gebêteren kos, stond de kerl uut het geitenhok, vlak veur de toafel woaroan Deine in den biebel te lêzen zat.

"Ja! gij zijt de ware held om iets fiks te zeggen," viel hem de Ambtman met een schamperen lach in de rede: "gij hebt mij fraaie angsten op mijn dak gejaagd met uw zot gezwets. Ik was maar bang, dat het een of ander uit zou lekken van.... gij verstaat mij." "Pots honderd tausent slapferment! Kon ik het gebeteren, dat die weerlichtsche knaap juist vandaag weerom zou komen.

"'k Kan't niet gebêteren!" zei Paul schouderophalende; en den beschonkene onder de armen opnemende, legde hij hem buiten het spoor; ging vervolgens naar de paarden terug, leidde ze tot voorbij het wêzen, waarvoor zelfs zijn beestjes hun afkeer hadden betoond, en zei tot Anneke, die ook zoo schichtig naar den man zag, of ze ze weer op den woagen dorst, of dat ze nou bang was?

Kon ik het gebeteren, dat zijn kippen niet leggen wolden? En naderhand...." "Goed! dan kunt gij mij wel verhalen wat u heugt van de geboorte des jonkers? Is daaromtrent niets opmerkelijks voorgevallen?" Hier werd Joan dubbel opmerkzaam. "Om je de woârheid te vertellen heerschop!" antwoordde Teun Wezer, "heel veel weet ik er niet van.

Zij kan 't niet gebeteren.... En misschien heb ik ongelijk ook?!.. Als het te hevig werd en de kinderen van Mevrouw Sikkel, op het andere verdiep, meehuilden in koor, drumde Johan Doxa de kamer uit en zakte stillekens de trappen af, de straten door, langs de Hooge Stad, op den dool tonneklinkend.

"Welnu! daar ons klagen er niets aan kan gebeteren zal het binnen drie dagen tijd genoeg zijn een besluit te nemen, laat ons tot zoolang onze waakzaamheid verdubbelen." Bij het avondmaal werd het water nauwkeurig afgemeten, de hoeveelheid brandewijn in den grog werd vermeerderd, maar men moest dit vocht wantrouwen, daar het eerder geschikt was dorstig te maken dan te verfrisschen.