Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 juni 2025
Toen Akka, de leidster-gans zoo sprak, deed de jongen snel een stap naar voren. Hij had het heel naar gevonden, dat de ganzerik, die zoo flink voor zichzelf sprak, zulke ontwijkende antwoorden had gegeven, toen het hem betrof. "Ik wil niet geheim houden, wie ik ben," zei hij. "Ik heet Niels Holgersson, en ben de zoon van een keuterboer. Tot vandaag toe ben ik een mensch geweest, maar vanmorgen..."
't Was maar 't beste, als Maarten, de ganzerik, dat nooit te weten kwam, dacht hij. Hij was er toch verwonderd over, dat de witte het hart had van de grijze gans weg te gaan. Maar plotseling keerde de ganzerik om. De gedachte aan de jonge gans werd hem te machtig. 't Moest met de reis naar Lapland maar gaan, zooals 't kon.
"Dat neem ik gaarne aan," zeide Fulco. "Hoe is het nu met de kiespijn?" "'t Wordt al veel beter, maar toch moesten we nog maar eens insmeren." "Heb ik het niet gezegd? Geen beter middel dan dat van den beroemden Hippocrates. Gebruik nu deze spoeling van ganzerik nog en je zult slapen als een roos, dat verzeker ik u."
Hij vloog door den tuin, de plaats achter het huis op. En steeds jaagden de menschen achter hem aan met geschreeuw en gelach. De kleine stumper vloog voort zoo hard hij kon, maar 't scheen toch, dat de menschen hem zouden inhalen. Toen hij voorbij een arbeidershuisje liep, hoorde hij een gans kakelen, en hij zag een wit veertje op de stoep liggen. Daar had hij eindelijk den ganzerik.
Hij was dus op den verkeerden weg geweest. Hij dacht niet meer aan de meisjes en jongens, die hem achternazaten, maar klom gauw de trappen in het gangetje op. Verder kon hij niet komen, want de kamerdeur was dicht. Hij hoorde den ganzerik schreeuwen en jammeren daarbinnen, maar hij kon de deur niet open krijgen.
"Dat is toch een leelijke tegenval," zei Bataki eindelijk. "Maar we weten immers, dat ze naar 't zuiden trekken en zoodra het helder wordt, zal ik ze wel vinden!" De jongen was heel bedroefd, dat hij juist nu van Maarten den ganzerik weg was geraakt, terwijl zij op reis waren, en de groote witte vogel in allerlei gevaar kon komen.
Die daar zullen nog honger en kou lijden." Er was één onder de jonge ganzeriken, die door 't roepen van de wilde ganzen een grooten lust tot reizen had gekregen: "Als er nog één troep komt, ga ik meê," zei hij. En toen kwam er een nieuwe troep, en riep als de andere: "Kom meê, kom meê!" Toen antwoordde de jonge ganzerik: "Wacht even, wacht even, ik kom!"
"Maar jij staat er voor in, dat hij morgen weggaat, naar huis." "Dan moet ik ook heengaan, want ik heb beloofd hem niet alleen te laten," zei de ganzerik. "Je bent vrij om te vliegen, waarheen je wilt," zei de leidster-gans. En ze sloeg haar vleugels uit, en vloog naar het ijs; de eene wilde gans na de andere volgde haar.
De jongen zat op den rug van den wilden ganzerik, en reed voort hoog in de wolken. Dertien wilde ganzen vlogen in een goed geordenden troep snel naar 't zuiden. Hun veeren bruisten, en de vele vleugels sloegen door de lucht met zoo'n sterk geluid, dat men nauwelijks zijn eigen stem kon hooren.
Maar den ganzerik kon hij niet vinden, en toen het tegen den avond liep, en hij weer naar het strand terug ging, kon hij niet anders denken, dan dat zijn reiskameraad weg was. Hij was zoo moedeloos, dat hij niet wist wat te beginnen. Hij was al weer over den muur gekomen, toen hij een steen hoorde vallen, vlak bij hem.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek