Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 oktober 2025
"Nu goed, luister dan," en Fulco zong met eene heldere stem: Daar, waar de gloed der gele duinen Zich mengt met groen van eikenhout, De donkere naald der denneboomen Zich kleurt op bruin van 't beukenwoud, Daar had eene dapp're Friesche krijgsman Een slot gebouwd op 't heuvelzand, En sleet hij kalm zijn najaarsdagen Na bangen strijd voor 't vaderland.
De Graaf had met een angstig gelaat naar het gesprek geluisterd, doch er zich niet in gemengd. "Houdt hem! Neemt hem gevangen!" riep Van Borselen zijne bedienden toe, doch niemand waagde het, Heer Gijsbrecht aan te grijpen. Zijn glinsterend zwaard hield ieder op een eerbiedigen afstand. Vlug tilde hij de binnenplaats op, waar Fulco de beide paarden aan de teugels hield. "Te paard!
"Dat is een dwaas plan, Fulco, omdat het eenvoudig onmogelijk is. Nu had ik je wijzer gedacht. Het zou vrij wat verstandiger van je geweest zijn, als je op den burcht gebleven waart." "Acht u het zoo dwaas, Edele Heer?" vroeg Fulco, wel een weinig ontmoedigd door de woorden van Heer Otto. "'t Is een onmogelijk plan, Fulco, hetwelk ik u raad, zoo spoedig mogelijk uit uwe gedachten te zetten.
Laten we vertrekken. Heer Otto zal wel ongerust over u zijn, Bertha." Fulco haalde de paarden, en een oogenblik later ging het in galop verder. Het edele bruidspaar reed voorop, de jonker en Fulco volgden. Het was nu niet zoo duister meer tusschen de boomen.
Heer Aloud en diens gemalinne hadden plaats genomen aan eene tafel in den hoek van het vertrek. "Kom nader, marskramer," sprak Heer Aloud op bevelenden toon. "Laat zien, wat je hebt. Is het de moeite waard?" Met eene diepe buiging voldeed Fulco aan dat bevel. Hij plaatste zijne mars op den grond en begon den inhoud zoo verleidelijk mogelijk uit te stallen.
Fulco maakte eene afwerende beweging met de hand en zeide: "De ééne dienst is den anderen waard, goede vriend. Laten we daarover niet meer spreken." En zich tot den cipier overbuigende, fluisterde hij hem in het oor: "Ik slaap hier niet voor niets. In eene herberg zou ik ook moeten betalen, niet waar? Straks, als we alleen zijn, heb ik nog een mooien gordelriem voor je.
Veel sterker echter dan in het Noorden was de extatische strooming in het Zuiden dezer landen. Toen bisschop FULCO van Toulouse in 1212 te Luik kwam, werd hij getroffen door de menigte extatische vrouwen in die stad.
Jonker Jan houdt blijkbaar goede wacht." En met verheffing van stem riep hij: "Hallo, wachter, hallo!" "Wie daar?" klonk eene stem van den burchtmuur, die hij dadelijk als die van den ouden Dodo, den tuinman, herkende. "Goed volk, Dodo, dat gerust binnengelaten kan worden. Ik ben het, Fulco!" "Alleen?" "Ja, helaas!"
God weet, hoe gaarne ik u anders zou laten gaan, want zoo iemand, dan zoudt gij in staat zijn, om de kerkerdeur voor hem te openen. Maar ik mag en wil u niet noodeloos opofferen, goede Fulco. Vianen zou u ongetwijfeld dooden. Het is onmogelijk." "En toch, laat mij gaan!" zeide Fulco met aandrang. "Ik weet wel een middel om te ontkomen. Laat mij gaan, bid ik u!"
"Wat wordt het verbazend donker. Als we den weg door het woud maar kunnen vinden. Ik zou niet gaarne op den laten avond nog verdwalen." Fulco maakte de paarden los en een oogenblik later reden zij in galop verder. 't Was aan de beesten te merken, dat de korte rust hun goed gedaan had.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek