Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juni 2025
Zoo had hij, in spijt van alle behoedzaamheid en voorzichtigheid, de kandelaars van den bisschop bewaard, had over hem gerouwd en al de kleine savooiaards die in de stad kwamen, bij zich laten roepen en ondervraagd, had naar de families van Faverolles berichten ingewonnen, en den ouden Fauchelevent het leven gered, in weerwil van Javert's verontrustende toespelingen.
Dat zou al te gemakkelijk zijn. Ik geloof, dat mijn ouders lieden waren die in het land rondzwierven; ik weet het trouwens niet. Toen ik een kind was, noemde men mij "Kleine", nu heet men mij "Oude". Dat zijn mijn doopnamen. Houdt ze voor hetgeen ge wilt. Ik ben in Auvergne, te Faverolles geweest. Drommels!
Hij at steeds voort, over de tafel gebogen, schier met het hoofd in den schotel, zoodat zijn lang haar over zijn oogen hing, waardoor hij niets scheen te zien en alles zijn gang liet gaan. Te Faverolles, niet ver van de hut van Valjean, aan de overzijde, woonde een boerin, Marie Claude.
Om ten slotte al wat wij aangegeven hebben zooveel mogelijk in bepaalde resultaten samen te vatten, zeggen wij alleen, dat Jean Valjean, de vreedzame boomsnoeier van Faverolles, de geduchte tuchteling van Toulon sinds negentien jaren, door de wijze, waarop het bagno hem gevormd had, tot twee soorten van slechte handelingen in staat was geworden: ten eerste tot een slechte, snelle, onbedachte, dolzinnige, geheel instinctmatige handeling, een soort van wraak wegens het ondergane leed; ten tweede tot een slechte, ernstige gewichtige, gemoedelijk overwogene, en met de valsche denkbeelden, welke zulk een ramp kan geven, overlegde handeling.
Te Faverolles, diocees Evreux, leed Zuster Julie Gauthier aan een kankerachtige zweer aan de linker borst.
Kan men niet in Auvergne en te Faverolles zijn geweest, zonder op de galeien geweest te zijn? Ik zeg u, dat ik niet gestolen heb en dat ik de oude Champmathieu ben. Ik ben bij mijnheer Baloup geweest, ik heb een woonplaats gehad. Maar al uw malle praat verveelt mij eindelijk. Waarom vervolgt men mij als een wild dier?" De advocaat-generaal was blijven staan en richtte zich nu tot den president.
Jean Valjean was van een arme boerenfamilie in la Brie. Als kind had hij niet leeren lezen. Toen hij den mannelijken leeftijd had bereikt, was hij boerenarbeider en boomsnoeier te Faverolles. Zijn moeder heette Jeanne Matthieu; zijn vader Jean Valjean of Vlajean, waarschijnlijk een bijnaam, samengetrokken uit Voil
Waarschijnlijk stelde zich de benevelde verbeelding van den armen, geheel onwetenden man, ook iets overdrevens voor. Terwijl men achter zijn hoofd met zware hamerslagen den klinknagel in den ijzeren halsbeugel dreef, weende hij; hij stikte in zijn tranen die hem beletten te spreken, slechts nu en dan gelukte het hem te stamelen: Ik was boomsnoeier te Faverolles.
De familie van Jean Valjean is er niet meer. Men weet niet waar zij gebleven is. Ge weet, in die klasse van menschen ziet men vaak een familie spoorloos verdwijnen. Men zoekt, maar vindt niets. Als zulk volk geen slijk is, is 't stof. En dewijl de aanvang dezer geschiedenis nu al dertig jaar geleden is, is er te Faverolles niemand meer, die Jean Valjean gekend heeft. Men doet onderzoek te Toulon.
Het gezin had geen brood. Letterlijk geen brood en zeven kinderen! Op zekeren Zondagavond maakte Maubert Isabeau, de bakker op het kerkplein te Faverolles, zich gereed om naar bed te gaan, toen hij een harden slag tegen het getralied venster van den winkel hoorde. Hij kwam tijdig genoeg om nog een arm te zien die door een vuistslag een opening in het traliewerk en in het glas had gemaakt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek