Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 15 juni 2025


Zoo sprak in 't hof van Engeland Graaf Willems Edele Gezant, Volyvrig voor zijn Heer. Maar ijlings trad, met biddend oog, Een jonker hem ter zij. Die droeg in 't oog een vurig hart; Een wapen, wit en rood en zwart, Gestikt op zijn kleedij. »Ter wille van uw Edelvrouw »Die gy in 't hart vereert »Twee enkle dagen nog getoefd," Zoo bad hy: »schoon 't mijn ziel bedroeft »En dan naar gy begeert."

Morgen ga ik naar Utrecht, om mij alles aan te schaffen, wat ik noodig heb, en eer we eene week verder zijn, is Heer Gijsbrecht hier, of .... " "Nu, of...?" "Of ik deel zijne gevangenschap." "Laten we hopen, dat het zoover niet komen zal," sprak de edelvrouw; "o, Fulco, wat zou het gelukkig zijn, als gij uw Heer kondt verlossen."

"Nu, dat wisten wij al; wij zullen hem laten zien, hoe eene Edelvrouwe een voorbeeld geven kan aan een laaghartigen roover. Hij zal ons op de muren vinden, niet waar, Jonker?" "Bij St. Joris, dat zal hij!" riep Jonker Jan, vol bewondering over den moed der edelvrouw. "We zullen ons verdedigen, zoolang we adem hebben." "Maar er moet méér gedaan worden," riep Bertha uit.

Een oogenblik daarna hoorde hij het sein tot verzamelen geven. "Die uitval heeft doel getroffen," dacht hij, terwijl hij zijn zwaard in de scheede stak. "Goddank, de dappere Edelvrouw behoeft den eersten tijd niet ongerust te wezen, dat Vianen den burcht overmeesteren zal, want hij is voorloopig tot werkeloosheid gedwongen.

Sicurano antwoordde hem: Kijk, als God U goed geluk geeft, en dit geen geheim is, zeg mij dan, hoe gij ze hebt gekregen. Neen, hernam Ambrogiuolo, dezen werden mij met iets anders geschonken door een edelvrouw van Genua, mevrouw Ginevra genaamd, echtgenoote van Bernabo Leomellin, een nacht, dat ik met haar sliep en zij mij vroeg, of ik ze van haar liefde wilde behouden.

De edelvrouw om aan Beltram elke reden te ontnemen iets meer te gelasten of om verder in haar huis te komen, ging met haar dochter te zamen in haar land naar de woning van haar verwanten. Wat Beltram betreft, hij ging naar zijn verblijf daar terug, toen hij eenigen tijd later door zijn vazallen werd geroepen en hoorde, dat de gravin zich had verwijderd.

Hij vond geld noch wissel en het werd al laat en zijn verlangen was groot om toch met een of ander de edelvrouw te ontvangen en daar hij niemand anders dan zijn tuinman hulp wilde vragen, wierp hij de oogen op den goeden valk, die hij in zijn kamertje op den stang zag zitten.

Zij, de edelvrouw der edelvrouwen! Kan ik dan gelooven wat ik zie? Kon geen dier antieke tempels, geen dier klassieke beeldgehouwen haar langer bekoren? Konden de schimmen van Vergilius en Dante, noch de myriaden heldenfamen, heldendichten, heldendaden haar langer bezielen en boeien? Heeft zij allen verlaten om tot ons te komen?

De jonkman antwoordde: Messer, niets ter wereld en daarom geloof ik bepaald, dat hij niet goed wijs is of mij voor den verkeerden houdt, omdat hij, zoodra hij mij dicht bij dit huis op straat zag, de hand aan het mes sloeg en zeide: Verrader, gij zijt des doods. Ik vluchtte en kwam hier, dank zij God en deze edelvrouw.

De edelvrouw schaamde zich en ook de andere dames; zij zeide: Maëstro, gij hekelt onze bevooroordeelde denkwijze goed en hoffelijk; Uwe liefde is mij zeer dierbaar gelijk die van een verstandig en waardig man dit behoort te zijn en daarom kunt gij met inachtneming van mijn eer, U elk genoegen gunnen, dat u behaagt.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek