United States or Paraguay ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Taisez-vous, docteur, ge zijt weêr dronken." "Ah, moi? par exemple.... 't is waar, ik hou van een glaasje.... en waarom zou ik niet? houdt gij niet weêr van andere dingen, monsieur Crépieux? heeft iedereen niet w

"Bonjour, mijne heeren," en een ferm stappende man ging achter den kolonel om. In den hoek naast het buffet zette hij zich als op zijn vaste plaats. "Bonjour, monsieur Crépieux. Hoe gaat het?" "Merci," zei kortaf de binnengekomene, een jonge man, korrekt gekleed, hooge witte boord, het haar bij den wortel afgesneden, als geschoren was zijn hoofd onder den fantasiehoed.

"Neen, neen," lachte Vogel zich opzettend en hij stopte zijn pijp die vallen wou in zijn jaszak.... "Neen.... doe het niet, daarin huist de Gypohierax Angolensis van monsieur Crépieux, wissen Sie.... ha.... een meeuw.... niet meer."

"Kom, kom, Antonio, maak je nu maar niet ongerust, beste vriend.... af en toe een beetje huilen.... kom, kom, dan zult ge wel oud worden.... Gisteren hadt ge meê moeten gaan, dat was goed geweest, zooals laatst.... hebben we toen geen plezier gehad samen.... schudt uw hoofd en 't liegt niet.... maar gisteren was 't glibberig op de rotsen, en regen.... regen.... ik heb wel driemaal mijn nek kunnen breken.... en dat zou toch jammer geweest zijn, niet waar, monsieur Crépieux?"

Monsieur Crépieux redeneerde met monsieur Badaud. Ze praatten gelijk welopgevoede lieden doen, als flaneurs die elkaâr ontmoet hebben voor een café op een Parijsche boulevard, heeren.

Vogel kwam aangedrongen, Johan rakend en toen los, toeschietelijk met het goeielijke in zijn gepraat dat hij hebben kon, liep hij weêr te vragen: "Alzoo gelooft ge wezenlijk, dat een vreemdeling die hier veertien dagen is, als gij; die komt waar wij komen, als gij; op een avond naar bed zou kunnen gaan, dadelijk na zijn diner, en zijn twaalf, nun, zeggen we elf uurtjes, kan doorslapen zonder dat wij het zouden weten?.... hoe is dat zoo?.... pscht," slikte hij tot fluisteren zijn stem in, "loopt u een beetje hier, daar komt monsieur Crépieux aan.... ik ken zijn lantaren."

"Gisteren?" een spoogje kwade lustigheid glimmerde in de waterige oogen van den dokter, in zijn voorhoofd trokken spotzieke rimpels op, als in 't voorhoofd van een komiek grijnzenden aap.... "Gisteren.... o, een goede vangst, ik heb vier schorpioenen gevangen, mooie volwassen exemplaren, en drie calioptères, met nog ander klein goed.... 't heeft moeite gekost.... ik heb er rotsblokken voor moeten omkantelen, monsieur Crépieux, vous n'avez pas une idée comment ces bêtes se cachent."

Hij leî het stuk krijt in den tafelhoek, wendde om. "Elf," herhaalde hij, of hij het cijfer in zijn hoofd opschreef. "Onze," had Vogel gemeesmuild, "on dirait une unité double." Hij ging de werktafel langs met de handen hangend, zonder pijp, naar den muur waar de rij van cijfers bloot achter de datums der dagen was; 11 onderaan, versch. "Morgen zal ik naar Gibraltar moeten, monsieur Crépieux."

"Zeg er niets van aan monsieur Crépieux.... niets, hoort ge," drifte het vraag-bevelend.... toen alsof Johan wat gezegd had: "nun, wat zou het, ik vertel hem morgen dat ik ze met andere van Mustapha gekocht heb".... Hij streek het doode beestje de veêren glad, zijn hand aaide. "Ça vaut bien deux autres bons grogs.

"Twee, monsieur Crépieux, twee maar," de herbergier had er de vingers bij opgestoken en schudde ze naast zijn lachkop, als zwoer hij een grappigen eed. "Twee.... .... niet meer geven van morgen, verstaat ge.... Twee," herhaalde hij, als schreef hij ze op in zijn hoofd. "Dokter...." riep hij vervolgens over het buffet heen, "ik ben van morgen aan het atelier geweest, en gij waart er niet."