United States or Bahamas ? Vote for the TOP Country of the Week !


In latere versies is het nog meer het welopgevoede kind van een edelman dat op de voorgrond geschoven wordt: de knaap is »gentile" en glimlacht vriendelik tegen een ieder die hem aanspreekt. Zijn opvoeding is die van een middeleeuws vorstenzoon. Hij wordt in de wapenen geoefend, in de rechtspleging volgens alle vormen van het leenrecht, in goede manieren en gedrag.

Tom had altijd onder beschaafde, welopgevoede lieden verkeerd, en voelde onwillekeurig dat zij tot die klasse behoorde; maar hoe zij in dien vernederden toestand kon gekomen zijn begreep hij niet. De vrouw sprak niet tegen hem en zag hem niet eens aan, hoewel zij op den geheelen weg naar het veld dicht naast hem bleef.

Deze gemakkelijke omgang met beschaafde en welopgevoede, of door 's konings gunst tot hoogen rang verheven mannen draagt er niet weinig toe bij, om zelfs aan lieden uit de geringe klasse die gemakkelijkheid van manieren, dien beschaafden toon, die natuurlijke waardigheid en distinctie te geven, die niet kan nalaten de verwondering van Westerlingen op te wekken, en waardoor de lagere standen in het Oosten zich zoo gunstig onderscheiden van de heffe des volks in onze zoogenoemd meer beschaafde landen.

Spoedig echter ontving Reede bericht van de Douairière, dat het weinig moeite zou kosten, om aan Ulrica de laatste hand te leggen en haar tot eene in allen deele volmaakte jonkvrouw te maken, daar de natuur haar niet alleen wat vernuft, karakter en schoonheid betrof, moederlijk bedeeld had, maar haar bovendien een zeker iets geschonken had, hetwelk anderen niet dan na jaren oefening verkrijgen kunnen; een zeker aangeboren gevoel, dat op zijn pas zwijgen en spreken doet, dat over alle daden en gezegden een fijn waas van bevalligheid, van smaak, van welvoeglijkheid weet te verspreiden, dat de houding gemakkelijk en los zonder wildheid, zedig en bescheiden zonder stijfheid maakt: een zeker iets, een ick en weet niet wat, hetgeen behaaglijk en beminnelijk maakt en het eenige is dat ook nu nog, in onze eeuw van gelijkheid, een kennelijk en onoverkomelijk onderscheid maakt tusschen de welgeboren en welopgevoede vrouw.

Men klaagt dat uwe welopgevoede dames die boeken versmaden, en aan fransche romans, soms van het ligtst allooi, de voorkeur geven; men noemt het ergerlijk, dat fatsoenlijke hollandsche meisjes, die uit volle borst van: "=O mon Fernand!=" en van: "=Robert! toi que j'aime=" zingen, wanneer men haar een minnedichtje van Hooft in handen geeft, aan het ginnegappen en blozen slaan.

Er is niets, dat voor jonge lieden zoo heilzaam en nuttig is als de omgang met welopgevoede, verstandige en deugdzame vrouwen; en zoo Reael naderhand een goed figuur gemaakt heeft aan de Hoven van Vorsten en Grooten, hij heeft dit gewis daaraan voornamelijk dank mogen wijten, dat hij van jongs af in zoo goed gezelschap had verkeerd.

Niet dat de bekoorlijke en welopgevoede vrouwen schaarsch zouden geweest zijn in die vereenigingen. In Transvaal zoowel als in Amerika, als in Australië en als in die jeugdige landen, waar de materieele arbeidskrachten bij het invoeren eener ontluikende beschaving der mannen uitsluitend deel is, daar is de geestesontwikkeling nog meer dan in Europa het uitsluitend deel der vrouw.

Monsieur Crépieux redeneerde met monsieur Badaud. Ze praatten gelijk welopgevoede lieden doen, als flaneurs die elkaâr ontmoet hebben voor een café op een Parijsche boulevard, heeren.

Gelijk velen van U het hebben kunnen zien of hooren, leefde er nog niet lang geleden in onze stad een lieve, welopgevoede en welsprekende donna en van een waardigheid, zoo dat ik haar naam niet verbergen wil zij heette dan madonna Oretta en was de vrouw van messer Ger Spina welke toevallig buiten was gelijk wij nu.

Doch toen uw geld op was, hebben de welopgevoede natien u den rug toegekeerd, even als aan de akademien de jongelui van goeden huize wel voor eene poos omgang houden met den vermogenden kinkel die hun oesters voorzet en champagne schenkt, maar hem aan zijn lot overlaten zoodra het uitlekt dat zijn vader bankroet gemaakt heeft.