Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 3 september 2025


Simonides bekeek eveneens het zegel alvorens het pakje te openen, reikte haar toen den brief toe, die er in was, zeggende: Lees, mijn kind. Hij zag haar aan, terwijl hij sprak, en zijn gelaat betrok. Ik zie dat gij reeds weet van wien dit komt, Esther. Ja, vader. Van onzen jongen meester. Hoewel zij langzaam, als met moeite sprak, zagen hare lieve oogen hem trouwhartig aan.

Hij bracht dien brief des morgens in persoon op het postkantoor te M. sur M. Hij was geadresseerd aan: "mijnheer Chabouillet, secretaris van mijnheer den prefect van Politie te Parijs."

In een brief aan den Gouverneur-Generaal van 2 Febr. 1846 gewaagt hij slechts van spanning in Natal. Zoo heeft D. D. in den loop der jaren deze gebeurtenis in zijn verbeelding omgewerkt tot een gebeurtenis, waarin hij de lijdende heldenrol speelt. Zonder een cent inkomen, door de meesten gemeden, heeft hij bijna een jaar lang te Padang een ellendigen tijd gehad.

Met eene wandeling in de omstreken van het klooster en in het bezien der merkwaardige inrigtingen bragt men den morgen door. Veervlug vond het gepast van dit hoogste bewoonde punt der aarde een brief aan de zijnen te schrijven, die hij, om er een vrolijk denkbeeld aan te geven, in dezer voege eindigde: "Het is hier een eeuwige winter.

Ik geloof om acht uur, juffrouw. O... hier... maar dadelijk, wil je? Subiet, juffrouw. Gerard ging, met den brief, en Eline bleef staan, bijna wezenloos. Zij hoorde Gerard de trap afgaan, zij hoorde hem de zware voordeur achter zich dichttrekken. Verder bleef het groote huis stil. En een kille schrik vloeide als een ijskoud water Eline over de huid.

Op eenen morgen, in het laatst van September, werd er bij Pols een brief gebragt, dien hij begeerig opende, maar dien hij, van wege het Duitsche schrift, niet lezen kon.

VIER EN NEGENTIGSTE BRIEF. Cornelia Hartog aan Wilhelmina van Kwastama: zij is tot de ontdekking gekomen dat Edeling niet om háár maar om Sara komt. O, ze haat Sara! ze verfoeit Edeling. VIJF EN NEGENTIGSTE BRIEF. Cornelia Slimpslamp aan Zuzanna Hofland: die Stijntje deugt niet; dat mensch is zelfs goed voor roomschen! Foei!

Daarom vroeg hij: "Hoe is het eigenlijk mogelijk, dat het complot uitgevoerd werd, terwijl toch de brief in onze handen viel, in plaats van aan zijn adres terecht te komen?" "Mogelijk werden er twee boodschappers uitgezonden, of werd Orloff ongerust toen Russakoff niet binnen een vastgestelden tijd terugkwam, en stuurde hij een anderen brief die helaas het verlangde resultaat ten gevolge had."

Nu, dat vind ik wél héél lief, en zal er ook myn gebruik van maken: "Zo dra ik meer lichts omtrent dit Luchtverschynzel, 't welk nu aan onzen Huisselyken horisont opdaagt, hebbe, zal ik u daar meer van zeggen." Zie daar, zo zoude Juffrouw Hartog spreken. Nog geen Brief van Rotterdam! Geduld Maar ik moet evenwel nu zeggen, dat gy uwe Voogdyschap slorzig laat leggen.

Na dien brief gelezen te hebben, zal niemand kunnen gelooven dat gij met het ongeluk, dat gebeuren zal, in eenig verband hebt gestaan. Nog één woord maar alweer over mijzelve!

Woord Van De Dag

misloop

Anderen Op Zoek