Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 november 2025
Toen Shinsaku zijn vriend verhaald had, dat hij den geest van O Cho San had gezien, en van plan was zich van het leven te berooven, ten einde voor eeuwig met haar vereenigd te zijn, antwoordde Gisuke aldus: "Shinsaku, uw liefde voor mijn arme zuster is groot, maar gij kunt haar het best beminnen, door haar in deze wereld te dienen.
De vrijheid beteekende, dat zij hunne gelijken en broeders, over wie hunne macht zich uitstrekte, ook dwongen te denken zooals zij, te beminnen, wat zij liefhadden, te haten, waarvoor zij afkeer gevoelden en, evenals zij, God en Godsdienst te verfoeien. Art. 5.
Noem ik hem dus ook Bentinck, en stel ik hem onder dien naam aan den lezer voor, ik meen daarmede geen te groote zonde tegen de waarheid te begaan. Hij wordt in het manuscript van de heeren Calkoen beschreven, als een jongen man van »ene hoge gestalte, en een so innement voorkomen, dat sijn Gesigt alleen voldoende was hem te doen beminnen."
Wat een vreugde, te weten dat wij weder vereenigd waren, wat zouden wij elkander nog meer beminnen! Ik zou nog twee dagen nemen om wat uit te rusten en daarna zou ik mijn nieuwe betrekking aanvaarden. Een nieuw en gelukkig leven zou voor ons liggen.
Het is maar al te wel bekend, dat de Saksers de Normandiërs niet beminnen, en wie weet wat er van komen kan, als hij onverwachts onder hen valt, terwijl hunne harten door den dood van Athelstane verbitterd, en hunne hoofden door den edelen wijn van zijn lijkfeest verhit zijn?
Adelgonde droogde eindelijk hare tranen af, en zeide met eene nauwelijks hoorbare stem, terwijl zij den graaf met hare hemelsche, doch thans natbekretene oogen aanzag: "Is het dan zonde lieve vader, een vijand te beminnen? Heeft Christus ons niet geleerd zelfs zijne vijanden lief te hebben?
Daar de weg uiterst ruw en moeilijk was, durfde eerst geen der goden te gaan; maar toen Frigga beloofde dat zij en Odin den bode boven al de Aesir zouden beminnen, verklaarde zich Hermod bereid om de boodschap over te brengen.
Leeft moedig voor elkander; bemint elkander; laat ons van woede bersten, dat wij 't niet insgelijks kunnen. Verzamelt al de halmpjes van geluk, die op aarde zijn, en maakt er u een nestje voor het leven van. Nu, 't is geen groot mirakel te beminnen en bemind te worden, als men jong is. Verbeeldt u niet, dat gij 't uitgevonden hebt.
Wij beminnen slechts het gevecht zoolang er gevaar is; en in allen geval hebben alleen de strijders van het begin het recht, de verdelgers van het einde te zijn. Wie tijdens den voorspoed geen moedig beschuldiger was, moet ook bij den val zwijgen. De beschuldiger van den voorspoed is de eenige rechtmatige veroordeelaar in den tegenspoed.
Gij zult eten, sterk worden, de milde natuur beminnen; wij zullen wandelen, rijden, op reis gaan, zingen, juichen, God danken, weelde rondstrooien, de armen helpen, in de liefdadigheid de zon zoeken, die uw edelmoedig hart met het licht der zelfvoldoening moet vervullen! O, ik smeek u, geef mij een troostend woord! Droog mijne tranen; zeg, dat gij niet meer wilt sterven!"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek