United States or Uganda ? Vote for the TOP Country of the Week !


't Is waar! Ik wilde u zulks zooeven niet zeggen, om u niet te bedroeven. Dat huwelijk is altijd mijn vurigste wensch geweest: en het zal, vleie ik mij, weldra voortgaan." "Onmogelijk!" riep ik uit, geheel ternedergeslagen door deze mededeeling. "'t Is stellig waar: de jonge lieden beminnen elkander: en ik verlang niets zoozeer als hun beider geluk.

Dan zie ik naar den hemel, De woonplaats mijner moeder; Dan roep ik, bitter schreiend, o God, hebt gij die moeder Aan mij zo vroeg ontnomen, U mag ik niet berispen, Hoe zeer ik haar betreure; Neen, gij zijt wijs en heilig, Mag ik u maar beminnen, Mijn lieven Vader eeren, En moeders lessen volgen, Dan zal ik bij mijn sterven Bij U en moeder komen. Wat zal dat zalig wezen!

Daar ik echter mijzelf als de eerste oorzaak van zijn handgrepen beschouwde, vergaf ik ze hem. Een vrouw verontschuldigt ook de slechte daden, die haar schoonheid doet bedrijven. Wat zou ik hem anders slecht gevonden hebben! Gedurende twee of drie maanden was ik tamelijk tevreden over hem. Hij had altijd galante manieren en scheen mij teeder te beminnen.

O Ysabele! hoorde Amadijs antwoorden zijn heer Gawein. Hoe zoude ik Amadijs beminnen, die is Alliene, die ik ridderlijk verloste,

"Ga maar gewoon je gang, 't is voor Calderone nog een eer, om dezelfde dame te beminnen als onze prins." Ook den graaf de Lemos bracht ik op de hoogte en ik vroeg hem zijn protectie, wanneer Calderone soms iets mocht ontdekken en zich op mij wilde wreken. Op die wijze meende ik mij voldoende te hebben beveiligd.

Allen leven: deze vrouwen, zuster Natascha en Warenka en Anna, waar ik nu heen ga, allen, slechts ik alleen niet! En op Anna vallen ze allen aan! Waarom? Ben ik dan misschien beter dan zij? Ik heb ten minste een man, dien ik liefheb, hoewel niet zoo, als ik hem zou willen liefhebben, maar ik heb hem toch lief en Anna heeft den haren nooit liefgehad. Waarom is zij dan schuldig? Zij wil beminnen.

Louisa!... zalige weldoenster des vaderlands, zie neder uit den schoot der Godheid, o, zie! hoe wij uwe kinderen beminnen. De galmen, die gij voor den hoogsten troon hoort ruischen, zijn gebeden, triomfzangen ter eere van uwen eerstgeborene.

En de jonkman, die van zijn kant ook niet dom was, had het van haar opgemerkt en droeg haar zoo in het hart, dat hij aan niets anders dacht dan haar te beminnen. Terwijl zij zoo elkaar in stilte lief hadden en het meisje niets anders verlangde dan met hem samen te komen en zij die liefde aan niemand wilde toevertrouwen, dacht zij een nieuw middel uit om hem die te bekennen.

De menschen kunnen vele dingen zien; maar Wralda ziet alle dingen. De menschen kunnen vele dingen leeren, maar Wralda weet alle dingen. De menschen kunnen vele dingen ontsluiten, maar voor Wralda is alles geopend. De menschen zijn mannelijk en vrouwelijk, maar Wralda schept beide. De menschen beminnen en haten, maar Wralda alleen is rechtvaardig.

Als bijenhouders trekken de Romaenen nomadisch rond, even als de Baschkiren in de velden van hun land. De veeteelt beminnen zij hartstochtelijk, en een gezeten Walachijsche boer bezit dikwijls meer ossen en paarden, dan hij zelf weet of geteld heeft.