United States or Bahrain ? Vote for the TOP Country of the Week !


Gij zijt bepaald verkeerd ingelicht; er is niemand onder ons, die Pampel heet." "En Old Firehand heeft het mij laten zeggen," antwoordde Watson. "Dan hebt gij stellig den naam niet goed verstaan of niet goed onthouden. Ik ben overtuigd, dat ieder onzer zich liever een kogel door den kop zou jagen, dan zich door zulk een naam belachelijk te maken. Zijt gij dat niet met mij eens, oude Tante?"

Op zijn kamer gekomen, bedacht de dichter, dat een hemelvaart per touwladder nu niet zoo heel gemakkelijk was en dat het derhalve wenschelijk was de balconscène vooruit in te studeeren, als hij niet, behalve de kans om te vallen, ook het gevaar wilde loopen, belachelijk en onhandig te schijnen in de oogen van haar, die hem wachtte.

Cervantes zou er wèl bij gevaren zijn, wanneer hij zich uitsluitend gehouden had aan de satire; want wanneer hij zich aan dat gedeelte der literatuur waagt, dat hij met voorliefde belachelijk maakt, wordt hij dikwijls sentimenteeler dan de zoetsappigste schrijvers, tegen wie hij te velde pleegt te trekken.

Hij wist nog niet, dat men in zulk een opgewondenheid belachelijk kon zijn, en dat de openhartigheid en teederheid, waarmee hij zijne kameraden lastig viel, hem niet hun genegenheid konden verwerven, maar hem hun spot op den hals zou halen.

"Dus, als ge mij leert liefhebben, wilt ge met mij trouwen?" "O, dat is belachelijk," zeide zij. "'t Is niet waarschijnlijk, het is nauwelijks mogelijk, dat zoo iets zou kunnen gebeuren. Als het had kunnen gebeuren, zou het al vroeger geweest zijn." "Het kan nog komen," hernam hij; "uw hart kan nog jegens mij verteederd worden. O, zeg daar ja op.

Hij voelde zich onbehagelijk gestoord in zijn lekkere stemming van verliefde fantasieën, hij vond dat hij toch ook belachelijk weinig optreden had, een kinderachtig totaal gebrek aan pose, en naar Mimi kijkend verbeeldde hij zich dat ze hem uitlachte.

Dikwijls verwaardigen zij zich niet hun vijand te dooden, zij achterhalen hem, in galop, met hun ongeëvenaard ros. Zelfs de Kozak, hoe goed krijgsman hij is, maar zoo zonderling toegetakeld, en daarbij zaken doende, is een belachelijk wezen, vergeleken bij deze koningen van 't gebergte.

Belachelijk is het te zien, hoe zij voor een kleinen Torenvalk vol angst op de vlucht gaan, alsof de duivel hen op de hielen zit. Zij hebben echter ook zeer goede eigenschappen; vooral de moederliefde van de hen, die in alle omstandigheden even groot blijft, verdient een eervolle vermelding.

"Oh, dan staat het ellendig met hem!" Beiden zwegen een poos. "Bovendien," ging de zieke voort, "wij hebben noodig, dat ze ons aanvallen, dat ze ons wakkerhouden: dat doet ons onze zwakke zijden zien en maakt ons beter. Overdreven lof brengt ons van de wijs, doet ons indutten, maar buitenaf maakt het ons belachelijk en de dag dat we belachelijk worden, vallen we meteen, net als in Europa.

Aan weêrspannigheid hebben wij allen vooruitgang te danken, aan weêrspannigheid en opstandigheid. Men prijst de armen ook wel om hun spaarzaamheid. Maar om arme menschen spaarzaamheid aan te bevelen is even belachelijk als hoonend. Men kan evengoed iemand die aan 't verhongeren is, aanraden minder te eten.