United States or Croatia ? Vote for the TOP Country of the Week !


En hoe braver, verliefder, inniger enz. de man is, des te pathetischer droomt hij van een groote liefde en is toch zoo ernstig daarbij, en zijn snoezig wijfje, die er behalve uit utiliteitsoverwegingen ook uit louter katachtigheid behagen in schept een beetje valsch te zijn, doet even ernstig en plechtig als hij en dit beetje spel is wat haar in haar beetje liefde nog het meeste bekoort.

Dat alles was in het voordeel van de zangeres. Ik zie het duidelijk! Haar stonden alle middelen ten dienste, die ons vrouwen helpen het onaantrekkelijke te verbergen, en te doen uitkomen wat het oog bekoort, doch mij niet, terwijl ik u niet had, noch de beproefde kunst van Olympus.

Nooit te voren is Guy Chester zoo getroffen door den toon van een menschelijke stem, ofschoon, in de bijna ondoordringbare duisternis, haar bekoring niet wordt ondersteund door een bevallig figuurtje, aanminnig gelaat of schitterende oogen. Het is enkel de stem, die hem bekoort. Deze zegt: "Senor, zijt gij een officier? Hebt gij gezag over deze woeste mannen?"

Kunst moet zoowel de waardigheid als de onwerkelijkheid eener ceremonie hebben, en het onware karakter van een romantisch voordoen vereenigen met die geestigheid en schoonheid, waardoor zulk voordoen ons bekoort. Is onoprechtheid dan zoo iets vreeselijks? Ze is immers maar eene manier om onze persoonlijkheid te vermenigvuldigen. Dit was ten minste Dorian Gray's oordeel.

En om de uitnemendheid dezer gave wil, vergeeft ge den Thuringers wel gaarne hunne zorgeloosheid en lichtzinnigheid, waarvan zij niet zelden blijk geven; ja zelfs, hunne liefhebberij voor politiek. En maakt het volk op den vreemdeling een gunstigen indruk, niet minder boeit en bekoort hem het land.

Van hare zijde zou nimmer eenig gevaar dreigen, redeneerde de zelfzucht, en daarom stelde zij zich zonder vrees onder den schepter der zinnenweelde. Doch Suze wikkelt zich zacht uit zijne armen los, en zegt: »Nu moeten we eens verstandig afspreken, wanneer je mij het best audiëntie zult kunnen geven, Arnold! Ik geloof haast, dat je het idee, om mij te komen zien in het Westeinde, weinig bekoort!"

Laten zij, die mij misprijzen, mij maar bijten, mij verscheuren, als ik, wiens lichaam de hemel geheel heeft geschapen om u te beminnen en die van af mijn kindsheid u mijn ziel heb gegeven, de kracht maar heb van het licht uwer oogen, de zachtheid van uwe honingzoete woorden te gevoelen en ik ontbrand door uw medelijdende zuchten, terwijl gij mij bekoort of als ik mijn best doe u te behagen en zeker indien ik er op let, dat gij ook aan een kleinen kluizenaar, aan een jonkman zonder gevoel, haast aan een wild beest hebt bekoord?

En men weet nauwlijks waarom het bekoort.... Maar het bekoort.... Zij glimlachten Martialis toe, die iets van hun woorden had opgevangen. Ge oordeelt beiden uw vriend Martialis, dreigde hij met den vinger. Ik hoorde u wel.... Dan zult ge gehoord hebben, dat ik u prees, zei Juvenalis. En ik je benijdde, zei Tacitus. Blijf jong, steeds levenslustig.... luchtig....

Hij speelt met zijn eigen verwardheid, slaat munt uit zijn eigen grilligheid. Dit nog wat heel vage sprookjeder Goldene Topfbekoort misschien minder dan zou kunnen zijn, omdat de schrijver er een jongeling zich laat verlieven op een slang, die weliswaar eigenlijk een mooi meisje in betooverde gestalte blijkt te zijn, maar wat toch iets onaangenaams heeft.

De Luikenaar is een hartstochtelijk liefhebber van genot en uitspanning en vermaak: hij is een pretmaker, eene, zoo men wil, zinnelijke natuur; maar hij amuseert zich met gratie en kruidt zijn pret met de bloem der poëzie: hij heeft behoefte aan vroolijken kout, aan muziek, aan sierlijke vertooningen, aan al wat het oog bekoort en de zinnen streelt.