Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 juli 2025


Hij toch was de eenige geweest die haar een woordje had toegesproken, dat maar zelden een meisjes-oor kan treffen zonder in het maagdelijk hartje weerklank te vinden, Barend was de eenige geweest die Suus ofschoon op plompe wijze het woordje liefde deed hooren. Bemind te worden.... och, het is zoo'n zalig gevoel! De uitverkorene eens mans te zijn.... o, het is zoo'n streelende gewaarwording.

Zijne blauwe oogen hadden een vriendelijken glans, en zijn mond was juist genoeg ingevallen om een allerinnemendste plooi te hebben aangenomen. "Barend!" zei de heer Kegge, "ik moet een mooien ruiker bloemen hebben." "Dat zal slecht gaan, meheer Kegge," antwoordde Barend.

Nog dien zelfden middag had er tusschen de ouders Gliekke in het woonvertrek een onderhoud plaats, 't welk besloten werd met de verklaring van mevrouw: "Als jij er vóór bent, dan ben ik er niet tegen; 't zal dus de vraag zijn of Suus...?" En Suus die spoedig daarop geroepen werd, en kort en zakelijk vernam dat Barend Flitz in een vertrouwelijk gesprek met papa om de hand zijner dochter gevraagd had, antwoordde op papa's vraag: "Wat dunkt je er van?" niets, maar wandelde den volgenden dag gearmd met den nieuwen notaris door de boschjes van Vredelust, en nog een dag later door de lange dorpsstraat.

Het portier valt met een slag dicht; Barend de Koetsier klapt even met de tong, de twee bruinen trekken aan, stappen de poort uit en weldra rolt het rijtuig in snelle vaart den weg op. Jacob ziet het na, en terwijl hij de groote staldeuren sluit, zegt hij bij zichzelven: "'t Is toch een goed man, die een boel voor een ander overheeft. Jammer, dat hij zoo mankeliek is tusschenbeide."

Je kent het wel dwingen; maar dwingen en dwingen is twee; en as je een ding dwingt, dat nou eigenlijk niet gedwongen kan worden, wat heb je dan? Dan plaag je je zelve." De heer Kegge brak dezen niet zeer duidelijken woordenstroom van den ouden Barend af, met te zeggen: "Nu nu, Barendje, als je al de kassen reis doorloopt!"

"O!" antwoordde Barend; "maar dan most meheer me wijf zien. Die is nou toch ook in der zestigste, maar da's nog wat anders. Ik heb dertien kinderen bij 'er gehad, en de jongste scheelde met de oudste krek eenentwintig jaar. Nou beurt dat zoo niet meer, maar voor een jaar of tien is 'et mennigmaal gebeurd dat de lui an der vroegen, of 'er vader thuis was."

"Er brandt licht," fluisterde Barend Zwart. "Zou ze thuis wezen?" "Oe-hoe! Oe-hoe! Oe-hoe!" klonk het plotseling boven hun hoofd, en weer zagen zij een donker voorwerp door de lucht vliegen. "Daar is ze weer!" fluisterde Jan Vos. "Wie durft nu te gaan kijken?" Allen zwegen. "Oe-hoe! Oe-hoe!"

De neven Gliekke en Vos, die soms komen logéren, praten altijd over zaken en politiek; da's vervelend. Neen, Barend is meegaande; en wie zal zeggen dat hij niet evengoed als Van Saffelen eenmaal verkoopingen zal kunnen houden en testamenten maken; wel zeker, evengoed; en het meisje beklagen dat zijne vrouw wordt.... neen, dat zal ik in 't geheel niet."

Wat zal ik zeggen, als ik thuis kom, en vader en moeder vragen waar Jan is? Ik durf niet thuis komen!" Zoo sprak Tom, en of ik al beproefde hem te troosten, het gelukte me niet en meester Barend beproefde het mede tevergeefs. Tom zou van verdriet sterven, of.... "Zoo," zei de stuurman, "die Deensche bark ziet er ook lief uit; die heeft zeker ook Meneer Blaasbalg op zijn dak gehad!

De zwarte palfrenier steeg af en schelde aan. "Is je heer thuis, meisje?" "Meheer is na Amsterdam." "Maar mogelijk is Barend te werk," riep Kegge uit het rijtuig. "Ja, meheer! Barend is er. As meheer er maar uit wil komen?" Wij stegen af, en men bracht ons naar het zoogenaamde bollenhuis, waar Barend zich weldra te midden der bolrekken, houten zaadbakjes en sterke geuren aan ons oog vertoonde.

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek