Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 mei 2025


"Waarlijk," zeide Deodaat, glimlachende: "uw Genade heeft te hoogen dunk van mijn bekwaamheid. Ben ik in staat, een eerwaardigen man als den Abt en een schranderen Edelman als den Heer van Aylva om te praten? Zou niet, indien ik zoo vrijpostig mag zijn mijn gevoelen te zeggen, de Heer van Beaumont meer invloed op zijn ouden krijgsmakker bezitten?"

't Is goed dat gij geschreeuwd hebt," voegde zij er met een betooverenden glimlach bij: "ik had vast een kluchtige figuur gemaakt, wanneer ik van dien steilen kant was komen rollen; maar ik ben toch maar blijde dat ik op vasten grond sta! Kom maar hier, mijn Heer van Aylva! ik ben al beneden! maar neem niet denzelfden weg."

"O! voldoe dan terstond aan zijn verlangen, Ridder!" zeide Madzy: "en moge de uitslag van uw onderhoud zijn als gij dien wenscht." Een dankbare blik was het antwoord van Reinout, en hij volgde zijn geleidster met een blijmoedigheid, die niet vrij was van ontroering. Weldra bevond hij zich in het vertrek, waar Aylva op het ziekbed lag uitgestrekt.

't Is jammer, hij was in den grond een goede vent, en een echte Fries, maar koppig als een stier; daar weten wij best van te spreken, mijn vriend Aylva en ik: hij was lastig genoeg op reis; maar dat alles daargelaten, kindlief, gij moet u wat opvroolijken, zooals ik zeide: denk maar aan de oude profetie: het is immers alles uitgekomen, en volgens de laatste woorden, moet het u nu weer goed gaan; want de plunje des Graven is de roof der Friezen geworden."

"Indien u dusdanige gevoelens bezielen," zeide Aylva, op een scherpen toon, die hem anders niet eigen was, "dan verwondert het mij, dat gij een zending op u hebt genomen, die geheel van een vredelievenden aard is: althans zoo beschouw ik die en ook, geloof ik, de eerwaarde Vader Volkert." "Voorzeker," zeide de Abt: "onze zending is geheel vredelievend!"

"Hij is nu dood," zeide Madzy, halfluid, op een toon van innige droefheid, die niet zonder bitterheid was: "hij zal u geen minnenijd meer baren." "Madzy! mijn kind!" riep Aylva, die inmiddels met verscheidene gasten genaderd was: "bedenk waar gij zijt en wat gij doet;" en hij nam haar bij den arm om haar van dit treurtooneel te verwijderen.

Zou mijn vader gestrenger over mij oordeelen?" "Leeft hij nog?" vroeg Aylva, verheugd: "God zij geprezen! hij was een edel jongeling! en wel waardig," vervolgde hij met een zucht, "van uit ridderbloed gesproten te zijn. Hij was met u opgevoed, nietwaar?"

"Een mantel met lieren!" herhaalde Aylva: "was niet ridder Deodaat op het steekspel juist zoo gekleed? Het is het wapen van de Scalieri!" "Dat dacht ik ook zoo bij mij zelf, toen de Workummer dat verhaalde," zeide Feiko: "maar ik hield mijn mond.

Aylva, nu buiten gevaar, schoon zich nog altijd zwak gevoelende, zat op den avond, die de gebeurtenissen volgde, in de beide vorige Hoofdstukken vermeld, in zijn slaapvertrek op Awertstate, en luisterde naar een oude kroniek, welke Madzy bezig was hem voor te lezen.

"Gij verkiest dus des Graven boeien, welke hij niet eens meer de moeite neemt van te vergulden, boven de vrijheid?" zeide Adeelen. Aylva haalde zuchtend de schouders op: "ik zie, waarde Seerp!" zeide hij: "dat uw ontmoeting van heden u van alle kalmte en bedaardheid heeft ontbloot: en die zijn echter noodig wanneer men een zoo gewichtig onderwerp bepraat: wij zullen dus hier liever afbreken.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek