Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 mei 2025
Dit gaf aanleiding tot een onderhoudend gesprek, aan het einde waarvan Aylva aan Deodaat verhaalde, dat zij met hun gevolg te paard den omtrek hadden rondgereden, en dat die wilde meid, de duinen ziende, hem overgehaald had even af te stappen om te zien of zij de Noordzee ook van de toppen der hoogten bespeuren konden.
Dit zeggende, nam hij een vollen beker, om op den goeden uitslag van zijn kamp te drinken, en deelde vervolgens aan den monnik mede hoe het met zijn uitdaging was afgeloopen. Weldra kwamen nu de Heer van Aylva en de Abt met Madzy van het feest terug, en haastten zich hun vriend op zijn kamer te gaan bezoeken, ten einde hem woorden van troost en opbeuring toe te spreken.
"Waarom komt Feiko niet, wanneer ik fluit?" vroeg Aylva met eenige ontevredenheid. "Feiko is hedenmorgen met Sytsken uitgegaan," was het antwoord: "en geen van beiden is nog terug." "'t Is vreemd!" hernam de Olderman: "Feiko is anders niet gewoon, misbruik te maken van mijn goedheid."
"Hoe!" vroeg Adeelen, zoodra hij dit opmerkte: "krijg ik hedenmiddag mijn gewone buur niet aan tafel?" "Madzy heeft verkozen, dezen middag haar kamer te houden," antwoordde Aylva: "zij klaagt over hoofdpijn."
Ik schrijf dan ook daaraan de pogingen toe, door hem aangewend om u op het feest te doen verschijnen." "Ik zal mij op geen zijner feesten meer vertoonen," zeide Madzy. "Het ware, zooals nu de zaken staan, een onvoorzichtigheid," zeide Aylva, "u opnieuw aan zijn uitnoodigingen te onttrekken. Wij moeten vóór alles mijden, hem noodelooze redenen tot misnoegen te geven.
De taal van Reinout scheen eenigen indruk op de aanwezigen te maken: de Abten van Lidlum en Sint-Odulf althans gaven blijken van goedkeuring; terwijl Cammingha en Martena een blik van ontevredenheid op Adeelen sloegen. "Beschermt den weerlooze," vervolgde Reinout, "gij allen, die vrienden zijt van ons huis. Ik smeek u daarom, in naam mijns vaders, in naam van den edelen Aylva."
Zoo ontstond ook bij de vergadering, die na de taal van Aylva bedaard gebleven was, een driftig en ongedurig gewoel en gemompel, toen Adeelen zijne rede geëindigd had. Verschillend echter waren die bewegingen, naarmate de meeningen en bedoelingen verschillend waren; maar zij waren daarom niet minder bij allen te bespeuren.
Nauwelijks waren zij de poort uitgereden of zij ontdekten reeds de vlam; maar zij hoorden geen krijgsgerucht, hetgeen Aylva aan het geweld van den storm toeschreef; zij vervolgden echter hun weg; maar spoedig vernamen zij hoefgetrappel voor zich uit, en zagen twee ruiters op hen afkomen. "Sta!" riep Aylva, die in de duisternis niet wist of hij vriend of vijand ontmoette: "wie zijt gij?"
Geen deelgenoot van die gruwelen willende zijn, en buiten staat die te beletten, was de Olderman teruggetreden, met het voornemen om te gaan zien hoe het met Beaumont en de zijnen afliep, toen hem vader Syard op zijde kwam, met den angst op het gelaat geschilderd. "Om Gods wil!" zeide de monnik: "mijn Heer van Aylva! hebt gij Ridder Deodaat ook ergens in 't gedrang opgemerkt?"
"Mij dunkt, edele Seerp," zeide Aylva, na een ruim stilzwijgen, gedurende hetwelk de Abt zich van het langdurig verwijl, en Adeelen van het hem wedervaren ongeval op de voor hen staande spijzen krachtig hadden gewroken, "mij dunkt, hetgeen gij reeds gebruiktet, moet u de verloren krachten eenigszins terug hebben gegeven en u in staat gesteld, onze nieuwsgierigheid te voldoen, door ons een verslag te schenken van uw wedervaren."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek