Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 oktober 2025
Herinnert gij u toevallig ook den naam Onoephis?" Ten derden male ontstelde de arts merkbaar, en zoodra hij zich eenigszins hersteld had, vroeg hij: »Zijt gij er wel zeker van, dat deze man nog altijd tot de levenden behoort?" »Gisteren heb ik hem gesproken. Gelijk gij weet, is hij opperpriester te Heliopolis geweest; vandaar dat hij in al uwe geheimen is ingewijd.
Ik ben Barbara Leendertz, de vrouw die baker bij uwe gemalin was, toen hare genade voor de eerste maal moeder werd. De man die thans zieltogend in mijne woning ligt, was de vreemde arts, die bij hare moederwording tegenwoordig was. Gij waart in den strijd, genadige graaf, en toen gij terugkwaamt...."
Een Ral, die door een arts te Saalfeld getemd was, liep zijn meester binnenshuis als een Hond na, lette op al zijne bewegingen en kroop des winters bij hem onder de dekens om zich hier te verwarmen. In vrijen toestand voedt de Ral zich hoofdzakelijk met Insecten en hunne larven, Wormen en Weekdieren, later ook met zaden, vooral van grassen en van verschillende waterplanten.
De manier des Lands, om Artsen, by hen Pieis of Piaies genaamd, te maken, is niet minder merkwaardig. Die deezen voornaamen eere-post begeert, brengt eerst omtrent tien jaaren door by eenen ouden Arts of Piaie, wien hy verpligt is ten dienste te staan, deszelfs onderwyzingen ontfangende. Deeze oude Arts geeft acht, of hy de noodige verëischten heeft: hy moet boven de twintig jaaren oud zyn.
Zoodra Jeannette de kamer uitging, hield het kloppen op; daardoor scheen het den arts, dat hij voor een deel de oorzaak van zijn ziekte had geraden en een oogenblik later, alsof hij aan Jeannette iets wilde vragen en de zieke steeds bij den arm houdend, liet hij haar roepen.
Op dit oogenblik werd de deur opengerukt, een eunuch van Cassandane vloog het vertrek binnen, en riep Nebenchari toe: »Onze meesteres Nitetis is stervende! Maak u dadelijk gereed, en volg mij!" De arts groette zijn bondgenoot met een wenk, trok zijne sandalen aan, en begaf zich naar het bed der stervende koningsbruid.
»Van welke ik reeds onderricht ben!" luidde het korte antwoord van den arts. »Dat betwijfel ik," hervatte Phanes, met een ongeloovig gezicht. »Gij zijt uit Egypte verdreven; door den kroonprins Psamtik rusteloos vervolgd en bitter gegriefd, en komt nu naar Perzië, om Cambyzes te belezen het werktuig uwer wraakzucht tegen mijn vaderland te worden." »Gij bedriegt u!
Ik ben dokter Jefferson Hartley, geneesheer en veearts van mijn beroep." "Dus, arts voor menschen en voor paarden?" "Ja, arts voor menschen en dieren," knikte de Yankee. "Hebt gij er zin in, dan zult gij mijn famulus zijn, en ik betaal u het weekgeld, dat ik gezegd heb." "Maar ik versta niets van dat vak," zeide Haller bescheiden. "Ik ook niet," bekende de dokter.
Het waren de landbouwer zelf, een zoon, een dochter en een knecht. Zij gaven aan de gasten, en inzonderheid aan den arts, met oprecht gemeende vriendelijkheid de hand, en namen toen insgelijks aan de tafel plaats, om het middagmaal te gebruiken, dat voorafgegaan en gesloten werd door een gebed.
In 45 werd Deiotarus door zijn kleinzoon Castor en zijn arts Phidippus aangeklaagd van een aanslag tegen Caesars leven, toen deze indertijd bij hem had vertoefd. Cicero verdedigde den koning, en hoewel er geene vrijspraak schijnt gevolgd te zijn, werd de zaak toch niet verder vervolgd.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek