Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 juni 2025
Toen de herder besefte, wat er gebeurde, werd hij aangegrepen door afschuw, en riep uit: "Wat zijt gij van plan te doen, gij ondankbaar schepsel! Heb ik je leven gered, om het mijne te verliezen?" En de slang antwoordde hem: "Wees niet bang, mijn redder! Maar breng mij naar het huis van mijn vader! Mijn vader is de koning van de slangenwereld."
Ik ken evenzeer jonge dames, die een afschuw hebben van den Baal-Peors-dienst en daarom ook van geen bal willen weten welk laatste woord in hare meening van het eerstgenoemde afstamt; maar die toch zich altijd met genoegen laten vinden om altijd zoo geheel onder ons een patertje mee te doen.
Of liever, 't waren geen preeken, en misschien zelfs was z'n taal onzedelyk. Want de man sprak van dansen, pret en kermishouden zonder afschuw, 'n byzonderheid waarin de scherpzinnige lezers een der oorzaken zullen ontdekken, waarom de goede pater nooit lid van 'n gemeenteraad geworden is. In zulke kollegien heeft men leden van eigenaardige bravigheid noodig. Och, Jansen was zoo braaf niet!
Hij wenschte een natie te doen opgroeien, die het niet alleen zou kunnen stellen zonder weelde, maar die er een heiligen afschuw van zou hebben; de eenige weg om dit te bereiken was, om aan te vangen met de kinderen.
Alleen het bovengedeelte van haar lichaam was stoffelijk; beneden haar middel was niets dan een flauwe, zich bewegende schaduw. Terwijl Tomozo met afschuw op een zoo afschrikwekkend tafereel staarde, sprong de gestalte van een tweede vrouw binnen in de kamer op. Zij vloog af op de spleet en op het oog van Tomozo daarachter.
Zij zag den machinist in zijn buis, die haar verwonderd aankeek, zij zag het groote door den hevel bewogen rad de locomotief ging voorbij. "Daarheen?" zeide zij en staarde met afschuw op het met kolenstof vermengde kiezel, waarmede de baan overdekt was.
Hij kreeg een afschuw van zichzelf, was verwonderd over zijn eigen veranderlijkheid en over het vreemde mengelmoes van teleurstellingen en verruimdheid, waarmee hij zich zoo spoedig kon herstellen van zulk een zwaren slag.
Naar het Paradijs. Maar dit paradijs grensde nu aan een hel. De vroegere afkeer van Marius voor dezen man, voor dezen Fauchelevent, nu Jean Valjean geworden, was thans met afschuw gemengd. Wij moeten evenwel zeggen, dat in dezen afschuw eenig medelijden, ja een zekere verwondering lag. Deze dief, deze dief bij herhaling, had hem toevertrouwd geld teruggegeven. En hoeveel geld?
Hij had een afschuw van een blij gezicht en daarom een haat tegen onze lachende landen; tegen onze kooplieden, om hunne weelde en hunnen rijkdom; tegen onzen adel, om zijne vrijmoedigheid en het vuur zijner kloeke blijgeestigheid.
Hij omvatte met een soort van blinden en diepen eerbied allen, die eenig ambt in den staat bekleedden, van den eersten minister tot den minsten veldwachter. Hij zag met diepe verachting en afschuw neer op alles wat eenmaal den wettelijken drempel van het kwade had betreden. Hij was hierin onverzettelijk, en duldde geen uitzonderingen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek