United States or Tokelau ? Vote for the TOP Country of the Week !


Alles bleef zoo afgesproken, en eenige minuten vóór vieren draaide Acquin den sleutel om in de groote deur en zeide met een verheugd gezicht: En nu voorwaarts! Vooruit, Capi! Ik vatte Lize bij de hand en snelde met haar vooruit, terwijl Capi ons blaffende volgde en vroolijk tegen ons opsprong.

Ik wierp een laatsten blik, een laatst vaarwel naar de gevangenis, achter wier muren de ongelukkige Acquin zat opgesloten, terwijl ik vrij was en gaan kon, waarheen ik wilde. Wij vertrokken. Wat mij op mijn reizen het meest van pas kon komen, was een kaart van Frankrijk; ik wist waar ik die koopen kon en begaf mij in de eerste plaats daarheen.

Ik had mij in een hoekje teruggetrokken om ongestoord mijn tranen te kunnen laten vloeien, hij riep mij: En gij Rémi? komt gij mij niet goedendag zeggen? zijt gij ook geen kind van mij? Wij waren buiten ons zelf van smart. Blijf, beval Acquin, ik beveel het u. En haastig vertrok hij, nadat hij Lize's hand in die van Martha gelegd had.

Dat was dan ook natuurlijk, want ik was nu bij mijne familie en zij, met wie ik voortaan leven zou, waren mijn vader, moeder, broers en zusters. Die mooie luiers waren dus bedrog; voor vrouw Barberin, voor Lize, voor vader Acquin en voor allen, die mij geholpen hadden, was dit recht ongelukkig.

De kunst van den tuinman die zijn bloemen naar de markt brengt, bestaat hoofdzakelijk daarin, dat hij het juiste oogenblik weet te kiezen, dat de marktprijzen het hoogst staan, en vader Acquin vergiste zich daarin nooit.

Gij moet heen; gij moet naar Frankrijk terugkeeren, om daar Lize te bezoeken, vader Acquin en vrouw Barberin, en al mijne vrienden en hun meedeelen, waarom ik niet doe wat ik wilde, wat ik mij voorstelde en wat ik hun beloofd heb. Gij zult hun zeggen, dat mijne ouders niet rijk zijn, zooals wij geloofd hadden en dit zal voldoende zijn voor mijne verontschuldiging. Gij begrijpt het nu nietwaar?

Gij zult vernemen wat er van Rémi geworden is, als gij schrijft aan zekeren Acquin, vroeger tuinier, thans in de gevangenis Clichy te Parijs. Laat al de brieven door den pastoor schrijven, want in deze zaak moet gij aan niemand uw vertrouwen schenken. Doe evenwel niets vóór gij zeker weet, dat ik dood ben. "Wees voor de laatste maal gegroet van Barberin."

Ik had een heftige longontsteking, veroorzaakt door de koude, welke ik den nacht, waarin mijn meester gestorven was, doorstaan had. Deze ziekte deed mij nog meer de goedheid van de familie Acquin op prijs stellen, en vooral bleek mij toen welk een zorgvolle huishoudster Martha was.

Het was de tijd, waarop de viooltjes naar de markt te Parijs gebracht werden en vader Acquin had aan deze bloemen al zijn zorg gewijd; in onzen tuin stonden er van allerlei soort en kleur en 's avonds, vóór dat de ramen gesloten werden, was de lucht met de geur van deze bloemen vervuld.

Ik ondervond dit thans. Eindelijk echter gelukte het mij, daar ik mij niet liet afschrikken of terugzenden, om te worden toegelaten bij hem, dien ik zien wilde. Men liet mij in een spreekkamer, waar geen tralies voor de vensters waren, zooals ik dacht, dat er zijn zouden, en vader Acquin trad ongeboeid binnen.