United States or Kyrgyzstan ? Vote for the TOP Country of the Week !


De aangesprokene heeren hadden meest allen oogen en ooren gesloten; doch Gerrit, die zijn klanten altijd met genoegen een luisterend oor leende, al had hij hunne verhalen ook reeds twintig malen met het uiterst geduld aangehoord, plaatste zich naast den spreker, die dadelijk aldus vervolgde: "Omtrent vier jaren lang hadden die Spaansche honden ons reeds geteisterd; met hunne ballen duizenden levenslampen uitgeblazen, en ons niet zelden kommer en gebrek doen lijden, toen aan Spinola de verdere belegering der vesting werd toevertrouwd.

De aangesprokene keerde zich even om en zei: "Wou je 't weten?" "Ja, ik, ik wou het weten!" gaf 'k ten antwoord. "Welnu dan, hij heet Marten Harpertsz. Tromp." "Marten Harpertsz. Tromp uit Den Briel?" riep ik. "Je raadt het. Hij is de lieveling van onzen Onder-Ammiraal Pieter Pietersz. Hein.

Ik koester echter grooten eerbied voor uw moed en dapperheid. Wanneer gij mij dus wilt toestaan, uw vriend te worden, zal ik dit als eene hooge eer beschouwen!" De aangesprokene nam zijn edelmoedig aanbod dankbaar aan; hij verklaarde toen Guivret Le Petit te heeten en heer te zijn over uitgestrekte landerijen in den omtrek.

Maar gij ziet toch wel in, dat ik gelijk heb? Ja, ja, wanneer hij naar die plek wijst, moet hij weten dat de kaftan daar is gescheurd. Wat hebt gij daartegen in te brengen Kodscha Bascha? Ik zeg niets! antwoordde de aangesprokene. Ik ben te trotsch om langer met een Nemtsche te verkeeren. Uw houding is echter geenszins waardig. Waarom houdt ge uw handen zoo voortdurend achter u? vroeg ik lachend.

Vervolgens wendt hij zich tot den bootsman en beveelt: "Zeg den jongens, dat zij, als ik slaag, ieder twee horloges mogen koopen, voor ieder horlogezakje één wat voor de kooplui een fortuintje zal zijn. Schiet gij goed op met het lossen, José?" "Dat gaat best, senor capitan Blanco," antwoordt de aangesprokene met een blik van verstandhouding.

't Ware voorzeker ook een slecht begin, merkte de aangesprokene op, indien hij een oogenblik langer dan noodig was had gedraald om de eervolle betrekking te komen aanvaarden, die uwe gunst en die des Keizers hem hebben toegedacht. Geen gunst, mijn vriend! hernam Aboel Fazl geen gunst, maar verstandig beleid, zoo ik hoop.

Aan den rand der slotgracht gekomen, riep hij met luider stem den poortwachter toe en gebood hem zijn meester te verzoeken, of hij een zwervend ridder eenige dagen huisvesting wilde verschaffen. Met groote bereidwilligheid gaf de aangesprokene aan zijn wensch gehoor en verdween uit het gezicht, om na korten tijd opnieuw te verschijnen, gevolgd door eene schaar van ridders en knechten.

"Ik geloof niet, dat iemand er anders over denken kan," zei een ridder uit Alcantera. "Dit stuk is vol tirades, die Apollo schijnt gedicteerd te hebben." Hij wendde zich daarna tot den heer uit Madrid: "Mijnheer is kenner, ik wed, dat hij van mijn gevoelen is." "Wed niet, mijnheer," antwoordde de aangesprokene met een glimlach. "Ik ben niet uit dit land en wij in Madrid beslissen niet zoo snel.

De zwanen zetten hun veeren op, hieven hun vleugels als zeilen omhoog, en staken de halzen recht naar boven. Nu en dan zwom een van hen naar een gans of een duikeleend, en zei een paar woorden. En dan was het, alsof de aangesprokene nauwlijks den snavel durfde opheffen om te antwoorden.

De aangesprokene knikte; onmiddellijk werd de prop verwijderd, doch de Oude Donder gaf hem de vermaning: "Als gij luid spreekt, zult gij sterven. Maar als gij u bij ons wilt aansluiten, zullen wij u alles vergeven, en zult gij deel hebben aan den buit. Antwoord mij!" Buit! Bij dat woord kreeg de Timbabatsj een ingeving, een bijzonder gewichtige ingeving.