Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 30 april 2025
Den dag van haar aankomst had het haar een rilling aangejaagd al die graven te zien, die zich onder haar venster uitstrekten. De kerk stond op het havenhoofd, omgeven van de kruisen, wier armen zich naar de onmetelijkheid van het water en den hemel uitbreidden; en gedurende de stormachtige nachten woedde de zeewind in dat woud van zwarte planken.
De verschijning, die mij zooveel angst had aangejaagd, was stil blijven staan; zij stond onbeweeglijk op den weg. Toch gevoelde ik nog eenige vrees en schrik, dat moet ik eerlijk bekennen, maar ik was niet meer alleen op de vlakte; Vitalis was bij mij; de honden stonden naast mij; de stilte en de eenzaamheid hadden nu haar invloed op mij verloren. Ik vatte moed en staarde flink in het rond.
In de doos, die hij op zijn rug draagt, voert hij een klein beestje mede, dat zijn hospita nog al angst schijnt aangejaagd te hebben, want zij had vroeger nooit zulk een dier gezien. Volgens haar zeggen gebruikt hij het dier in enkele kunstverrichtingen.
Als er ooit een man voor drievierde krankzinnig was van angst, dan was het deze Pinner. Wat kan hem zoo'n schrik aangejaagd hebben?" "Hij vermoedt, geloof ik, dat wij detectives zijn." "Dat is het," zei Pycroft. Holmes schudde het hoofd. "Hij werd niet bleek, hij was bleek, toen wij binnenkwamen. Het is best mogelijk, dat...."
Er steeg zelfs geen rook uit de bosschen op, wat een teeken van menschelijk leven zou zijn geweest. Toen het avond werd, zond de nieuwsgierige en afgematte Columbus een boot aan land, om verkenningen te doen. Het scheepsvolk begaf zich dadelijk naar het fort. Het bood een schouwspel van geweld en verwoesting aan, dat het koenste hart schrik zou hebben aangejaagd.
Ook de arme man met den gescheurden mantel scheen door ongeduld aangejaagd; want, ofschoon hij diep voorover op zijne knielbank gebogen lag, hief hij bij het minste gerucht het hoofd op en liet het dan weer nederzakken, onder het slaken van een versmacht gemor.
Maar Dakerlia, door haar ongeduld aangejaagd, onderbrak zijne vriendelijke rede: "Dank, dank; God zegene u, Reinbert, voor uwe goedhartigheid! Hebt gij heden reeds mher Sneloghe gezien?" "Ik heb hem gezien, jonkvrouw." "En hoe vaart hij?" "Wel, tamelijk wel." "Gij zegt het zoo twijfelachtig! Treurt hij?" "Ja en neen, jonkvrouw.
De maagd slaakte eenen angstkreet, legde zich de handen voor de oogen en begon overvloedig te weenen; maar zij was zoo aangejaagd dat zij bijna onmiddellijk weder naar den ingang der kamer sprong en zich de handen ten bloede werkte om de geslotene deur open te rukken. Zij viel op de knieën voor den proost en kermde en bad met saamgevoegde handen, om tot haren vader te mogen gaan.
Toen zij nu vrij lang onder kastanjes en andere lommerrijke boomen waren voortgetrokken, kwamen zij op eene kleine weidevlakte, die te midden van hooge rotsen was gelegen, van welke een prachtige waterval zich in de diepte neerstortte. Aan den voet daarvan lagen eenige ellendige lage hutten, uit wier binnenste het dreunend stampen klonk, dat onze beide helden al zooveel schrik aangejaagd had.
"Ongelukkige jonkvrouw", sprak de oude geneesheer verwijtend, "zoo zoudt gij in eens uwen armen vader kunnen dooden! Zijn bloed mag niet aangejaagd worden; het moet traag en rustig in de aderen rondvloeien, anders zou het zijne wonde openen of ontsteken." "Ach, laat mij tot hem wederkeeren!" zuchtte Dakerlia met saamgevoegde handen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek