United States or Jamaica ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toen huilden zij alle drie in stilte, een lange wijl. Meester De Vreught had zijn zakdoek uitgehaald en snoot zich luidruchtig. Buiten in een dof gegons van menigte, klonk bijwijlen het stampen van de hoefijzers van het paard op de stenen. Komaan,... komaan, Fortuné, 't is tijd, sprak meester De Vreught, Massijn bij de mouw trekkend.

En toch geef mij iets, dat u heeft gedragen ik wou graag iets hebben neen, geen ring uw handschoenen of uw zakdoek iets, dat ik bewaren kan, omdat het van u is geweest, lieve juffrouw. Zoo. Dank u. God zegene u. Goeiennacht, goeiennacht

Het beschreven papiertje, het laatst vaarwel van den minnaar aan de geliefde, zou slechts rouw aanbrengen, wanneer het eenmaal in de rechte handen kwam; maar waar waren die handen, zoo blank en zacht, die indertijd op den dag der verloving den zakdoek op het frissche gras in het groene bosch uitspreidden? Waar was de dochter van den bontwerker?

Hij roept, wuift met zijn hoed of zakdoek, hij zinkt dieper en dieper in het zand. Indien het strand eenzaam, het land te ver is, indien de zandbank te zeer berucht is, zoo er geen helden in de nabijheid zijn, is het met hem gedaan, hij is tot verzinking gedoemd.

Hij had zijne brilglazen in zijn rood-zijden zakdoek klaar gewreven en zette nu, oolijk-kijkend, de gulden cirkels te paarde op zijn neus.

Tom had bij zijne verwisseling van kleederen niet vergeten zijn beminden Bijbel in zijnen zak te steken; en het was gelukkig voor hem dat hij dat gedaan had, want toen Legree hem de handboeien weder had aangedaan, begon hij op zijn gemak de zakken der afgelegde kleederen te doorzoeken. Hij haalde er een zijden zakdoek uit en stak dien in zijnen zak.

"Ja, ja, maar doe gij dat maar eerst," sprak de schildknaap, "Als ik achter zal zitten, dient gij natuurlijk eerst op te stijgen, en dus heb ik tijd tot gij zelf klaar zijt." Don Quichot zag het gegronde dezer aanmerking in, haalde zijn zakdoek te voorschijn en verzocht de gravin Trifaldi, hem dien voor de oogen te binden.

Zijn fraai gerimpeld voorhoofd zou iemand, die hem met oplettendheid beschouwde, gunstig voor hem hebben ingenomen. Zijn lip had een zonderlingen trek van strengheid en ootmoed. In zijn blik lag iets als een treurige kalmte. In de linkerhand droeg hij een klein, in een zakdoek geknoopt pakje; in de rechterhand hield hij een van ruw hout gesneden stok!

Nog een laatste wuiven van de vlaggetjes en van oom Karels witten zakdoek en 't vroolijke troepje groette van 't perron terug. Om twaalf uur kwamen allen opgewekt uit school. "'t Was toch zoo leuk in de nieuwe klasse," vonden Door en Nel. Dolf en Leni hadden allerlei prettige verhalen. "Dat mag ik zien," zei moeder. "Vroolijk op school en vroolijk thuis."

Ik stofte het zorgvuldig af met mijn zakdoek en zette het weer op zijn plaats, en ging stilletjes het pad af dat naar de andere woning leidde, waar 't Broertje van den Beer vroeger huisde. Alles was ook hier veranderd.