United States or Mexico ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toen zij de deur der bovenkamer achter zich sloot, bekroop haar de groote verzoeking even te luisteren, wat er gezegd zou worden, maar zij durfde niet .... de oude mevrouw stond op het punt te vertrekken. Daarom wipte mevrouw De Milde vlug naar beneden, en verscheen zij met een raadselachtig gezicht in de tuinkamer, waar de drie gezusters nog altijd ijverig aan de wasch bezig waren.

"Ga weg, Saar," zei het driftige manneke, en weerde haar met de hand af. "O foei, Jaapje!" zei Marie. "Kom, mijn hartedief!" zei mevrouw op overredenden toon, "kom, wil je nu niet?" "Ik wil naar den tuin nog wat kersen plukken," antwoordde Jaapje. "Kom dan maar, lievert, dan gaan we naar den tuin." Jaapje wipte van zijn stoel en vatte mama bij de hand.

Vloekend, met huiling in stem, scheurde ze 'm op en hooger, staand met 'r papprige beenen gespreid en den broek omklakkend de vleezige heupen. Tip van haar hemd, zwarter dan broek, wipte de spleet uit en de losraakte banden zogen 't water. Jan, ijvrig, lòllig dat-ie mocht helpen, plaste met smaaklijk genoegen.

"Och Hiere God!" riep zij, op haar trillende beenen overeind vliegend. Zij kwam hem op den drempel te gemoet gerend: "'n dépèche?... veur mij?"... en ontving met een kalm: "joa 't bezinne" van het jongetje dat van zijn rijwiel wipte, de groene toegezegelde enveloppe van het telegram. Met bevende vingers scheurde ze die open en las, de oogen schemerend: "Ik kom van avond terug. Hij kwam terug!

Langoor plaatste zich met zijne voorpooten op het venster, de hond wipte op zijnen rug, de kat klauterde op den hond, en de haan ging boven op de kat haren kop zitten. Dan begonnen zij, op een teeken, muziek te maken: de ezel giegaagde, de hond baste, de kat miauwde en de haan kraaide.

De heer Van der Hoogen deed zijn best om nog luider te lachen, wipte met zijn stoel achterover, en riep uit: "Een charmante klucht! En mijnheer Hildebrand is alzoo dénonciateur van dit alles?" "Hij kan het worden," ging Hildebrand voort, die nu eenmaal op gang was; "als ik de stad verlaat zal ik den heer Kegge waarschuwen. Maar eerst wilde ik uzelf dit komen aanzeggen.

Intusschen was zij een halve gracht voortgegaan, en zie, daar stond ze voor het huis, waar zij wezen moest. Vlug, als een meisje van drie zesjes schier, vlug wipte ze de stoep op, en de schel ging over, tot twee malen toe. Een knecht, in geel linnen jas, deed open. "Is Eefje thuis?" vroeg de blaauwbessen vrouw.

Daar hij juist een streep daglicht door de rolgordijnen zag schemeren, wipte hij vlug zijn beenen van de sofa, tastte daarmede naar de geborduurde pantoffels, een geschenk van zijn vrouw op zijn laatsten verjaardag, en strekte toen, zooals hij negen jaar gewoon was, zonder zich op te richten, de hand naar de plaats uit, waar in het slaapvertrek zijn chambercloak placht te hangen.

"Best, hij is heel wel; de parapluie staat in den stander; ik zal hem even krijgen en zeggen dat u er is," zei Jo, en wipte de kamer uit om Meta de gelegenheid te geven haar redevoering in alle waardigheid af te steken. Maar zoodra ze weg was, begon Meta naar de deur te schuiven: "Moeder zal zeker blij zijn u te zien; ga zitten, ik zal haar roepen."

Toch leek het, alsof zij vorderde, want telkens als zij met kop of pooten wipte, werd haar ongemakkelijke maaltijd in een beter vorm gebracht. In 't laatst raakte zij te zeer beklemd en moest zij veel harder krabbelen om er uit te komen, dan zij had hoeven te doen om binnen te raken.