United States or Vietnam ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hoe geheel anders echter lag hier het geval! En moge menigeen glimlachen bij de gedachte, dat deze "vriendenkring" van lezers zeker wel niet onder de twintigduizend menschen tellen zal, niet hij die de eensgezindheid in den A.N.D.B. kent, de georganiseerde verwerkelijking van het zoo moeilijk te verwezenlijken "Een voor allen en allen voor een", de onderlinge trouw en het ver boven materieel winstbejag uitgaande gevoel van saamhoorigheid; niet hij, die wel eens een "Bondsvergadering" heeft bijgewoond, waar al die duizenden wel elkaar schenen te kennen, en als vrienden zoo gemoedelijk-intiem, voor de opening der bijeenkomst in rustig vertrouwen met elkander praatten; waar bij alle soms hooggestegen verschil van meening, nooit de kalm-zekere genegenheid van de blijmoedige gelaten verdween, nooit ook de joviale toon van hartige volksboertigheid werd gemist, als wisten al die menschen wel, dat die ruzietjes best en waarachtig wel als kleurige verzetjes op den effen en diepen stroom hunner eensgezindheid mochten drijven en wat rook en roet uitpuffen ook, wel ja wat hinderde dat die breede en klare rivier!

De wet van 20 Nov. 1896 heeft een nieuw artikel over de koppelarij in 't leven geroepen. Zürich. De wet van 30 Maart 1897 om verandering te brengen in het strafwetboek van 8 Jan. 1871 heeft nevens de oude artikelen 121 en 122, die handelen over het proxénétisme, eenige nieuwe bepalingen gevoegd. De toestand is nu aldus: koppelarij uit gewoonte of uit winstbejag is strafbaar.

Art. 805 stelt afzonderlijke straffen, indien het delict uit winstbejag begaan wordt, terwijl 't dan geen delictum collectivum behoeft te wezen; Art. 806, strafverzwaring in de gevallen van artt. 804 en 805 bij 't bestaan van zekere betrekkingen.

Soleure: koppelarij is strafbaar indien het uit winstbejag geschiedt. Neuchâtel: iedere koppelarij wordt gestraft; strafverzwaring heeft plaats, indien eerbare vrouwen buiten haar weten in een huis van ontucht gebracht worden door hen, die de verleiding tot ontucht als bedrijf uitoefenen. Appenzell: een gewoonlijk handelen wordt in art. 101 gevorderd. Vaud.

Met eenvoudige hulpmiddelen volbrengt de dokter zijn operaties, waarbij zijn vrouw de narcosen leidt en een pleegzuster assisteert. Het is jammer, dat de alcohol zooveel nadeel toebrengt aan de gezondheid van de inboorlingen, en dat de kooplieden zich om de wetten van het condominium zoo weinig bekommeren uit zuiver winstbejag.

De Memorie van Toelichting begint met de woorden: "Het lenocinium is strafbaar, indien blijkt dat iemand òf uit winstbejag òf als gewoonte personen jonger dan 21 jaren tot ontucht met anderen aanzet." Hieruit volgt, dat de daad van den handelaar in blanke slavinnen, die toch slechts medeplichtigheid aan het lenocinium kan wezen, niet het feit is, dat art. 250 bedoelt te straffen.

In de voorgaande gevallen heeft strafverzwaring plaats wanneer gehandeld wordt uit winstbejag, uit gewoonte, met dwang, bedreiging of misleiding. Art. 206.

Juist dit punt maakt de mogelijkheid eener bestraffing van den placeur als medeplichtige van den koppelaar nog geringer, daar toch uit de beginselen der medeplichtigheid volgt, dat het opzet van de medeplichtige op de door de wet gestelde bestanddeelen van het misdrijf van den dader gericht mocht zijn; hij moet dus òf zijn opzet richten daarop, dat de dader uit winstbejag opzettelijk het plegen van ontucht door een minderjarige met een derde teweegbrengt of bevordert, òf dat de dader van het opzettelijk teweegbrengen of bevorderen van ontucht door een minderjarige met een derde eene gewoonte maakt.

Ik heb je edeler aspiraties alle zien wegvallen, een voor een, totdat de overheerschende hartstocht "winstbejag," je geheel in beslag genomen heeft. Is het niet zoo?" "Nu, wat zou dat?" antwoordde hij. "Wat zou het dan nog, al bèn ik veel wijzer geworden. Tegenover jou ben ik toch niet veranderd?" Zij schudde het hoofd. "Ben ik wèl?" "Onze overeenkomst is al 'n oude.

Er boven, doordat hij vrij is van de prikkels die zijn medemenschen brengen tot handelen: ijdelheid, eerzucht, winstbejag; er in, doordat plichtsgevoel en meegevoel hem bestemmen, tusschen zijn naasten te leven en ze te dienen. Hoe wordt nu dit doel bereikt? Rousseau stelt zich voor door een leiding, die telkens aansluit bij de veranderende behoeften en de voortschrijdende vermogens van het kind.