Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 mei 2025


Het was veeleer maar de schaduw van God, die hij gezien heeft. DERDE JOOD: God verbergt zich nooit. Hij verschijnt voortdurend en in alle dingen. God is in het booze als in het goede. VIERDE JOOD: Zeg dat niet. Het is een zeer gevaarlijke leer. Het is een leer die komt uit de scholen van Alexandria, waar men Grieksche wijsbegeerte onderwijst. En de Grieken zijn heidenen.

Zoo kon de literatuur van '80 voor het intellekt een aansporing zijn, die ook de wijsbegeerte ten goede kwam.... Maar nu zou blijken waarheen de Taal drong. Want de macht, die zij geeft over de stof, noodigt tot wijsgeerige bezinning.

Aan het eind van dit onderzoek trekt men er de conclusies uit en gaandeweg wordt zoo de wijsbegeerte dezer wetenschap opgesteld en verbeterd. Alleen langs dezen weg kan het menschelijk verstand de meest uitgebreide, deugdelijke en stevig gegrondveste kennis erlangen, in welke wetenschap ook.

Met ijzingwekkende kracht blijven wij onverschillig voor de persoonlijke appreciatie, en in roerlooze schoonheid weerspiegelen wij het bosch, en de maan en den mensch zelf. Nu voelde ik mij toch genoopt te vragen naar de verhouding tusschen dit levensinzicht en de levensbeschouwing van het proletariaat, de wijsbegeerte van het historisch materialisme.

Thomas, dit was slechts een teeken van Grotius' protestantisme, niet van dweperij of fanatieken haat tegen al wat roomsch was. Integendeel de roomsche wetenschap, als wij dit woord mogen gebruiken, was hem lief en bijzonder de wijsheid der "school". Even gelijk Erasmus, haatte Grotius wel het gefilosofaster der 15e en 16e eeuw, maar niet de wijsbegeerte van de meesters der 12e en 13e eeuw.

De reizigers hadden geene vijftien mijlen afgelegd, terwijl zij, even als den vorigen dag, 35 kubieke voet gas hadden verbruikt en twee pinten water van de acht moesten gebezigd worden voor het lesschen van een brandenden dorst. De nacht ging kalm voorbij, de doctor sliep niet. Een weinig wijsbegeerte. Een wolk aan den horizon. Te midden van een mist. De onverwachte ballon. De teekens.

In het midden, onder den koepel, staan de twee groote leiders der grieksche wijsbegeerte, Plato en Aristoteles: de eerste met de rechterhand ten hemel wijzende, waar de eeuwige idee troont, waarvan deze zichtbare, voorbijgaande wereld slechts eene onvolkomen afschaduwing is; de ander, naar de aarde wijzende, als den vasten bodem der werkelijkheid.

Inderdaad, antwoordde de Brahmaan, den naam van wijsgeer wel onwaardig zou hij zijn, die niet dát juist en de daaruit voortvloeijende levensbeschouwing en praktische moraal het hoofdvoorwerp van alle wijsgeerig denken, den wezenlijken inhoud der wijsbegeerte zelve noemde. Maar wie verschaft ons de volledige oplossing van het wereldraadsel?

Met zijn nieuwen onderwijzer, die schrander genoeg was, om hem in de vrije natuur vaak aan zijn gevoelens over te laten doorliep hij de geschiedenis van de oude wijsbegeerte. Hij maakte het den man lastig met vragen, "die deze later wel eens zou beantwoorden". Vurig verdedigde hij de bewering dat een afzonderlijke wetenschap van het denken overbodig was.

"Hoe kunt gij zoo'n ramp zoo licht opnemen?" zei hij eindelijk, terwijl hij rood van verontwaardiging was. "Gij zit daar allen over die vijftig millioenen, die in rook verdwenen zijn, te wauwelen, alsof het eene eenvoudige cigarette gold." "Dat bewijst u, dat wij wijsgeeren zijn," antwoordde Cyprianus. "Waarachtig, het is nu wel tijd om de wijsbegeerte te beoefenen, nu wij niet anders kunnen."

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek