United States or Slovenia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Om te rusten gaan zij op de wijze van de Vleermuizen aan de pooten hangen: zij vliegen weinig, maar goed, zingen lief en nestelen in holle boomen. Door de bewoners van hun vaderland worden zij dikwijls in gevangenschap gehouden; zij zijn echter zeer weekelijk en komen daarom bij ons zelden als kooivogels voor.

Altijd ziet zij er netjes uit; haar vroolijke stemming wordt slechts door zeer slecht weder en het daaruit voortvloeiende gebrek aan voedsel verstoord. Hoewel teer of weekelijk van aard, blijkt uit sommige van hare handelingen een groote overvloed van kracht.

De Magot is de eenige Aap, die tegenwoordig nog wild in Europa gevonden wordt. Ongelukkig kon ik gedurende mijn verblijf in het zuiden van Spanje (in 1856) over de Apenbende, die de rotsen van Gibraltar bewoont, geen nauwkeurige en uitvoerige berichten verkrijgen: Men verhaalde mij, dat dit gezelschap nog altijd vrij talrijk is, maar niet zeer vaak gezien wordt. Van de vesting keek men dikwijls met verrekijkers naar de dieren; men zag ze, om voedsel te zoeken, steenen omwentelen, zoodat deze van den berg afrolden. In de tuinen kwamen zij, naar mij gezegd werd, zelden. Ook de Spanjaarden konden mij niet mededeelen, of deze dieren werkelijk als Europeanen beschouwd moeten worden, of uit Afrika overgebracht waren. Volgens A.G. Smith, die op de plaats zelf gegevens verzamelde, werd het aanwezig zijn van deze dieren in Europa dikwijls in twijfel getrokken, door sommigen zelfs als een dwaas sprookje beschouwd, o. a. door een scheepskapitein, die dikwijls te Gibraltar kwam. Smith verzekert dan ook, dat hij bijna alle geloof er aan verloren had. Hij kwam echter tot andere denkbeelden, toen hij den vlaggestok op den top van den berg bezocht, om zich te verlustigen in het heerlijke uitzicht, dat men vandaar in alle richtingen heeft. Toevallig vernam hij van den vlaggewachter, dat "de Apen bezig waren rond te trekken". Nu begon onze zegsman met zorg berichten te verzamelen, en een verslag op te maken, waaraan het volgende ontleend is: "Op deze rots hebben de Apen sedert onheuglijke tijden post gevat; wanneer, en hoe zij over de zee gekomen zijn, is echter niet gemakkelijk uit te maken; de Moorsche sage, dat zij ook nu nog door een onderaardschen gang, onder de zeeëngte door, heen en weergaan tusschen Gibraltar en Marokko, luidt toch wel wat al te onwaarschijnlijk. Met zekerheid kan men alleen dit zeggen, dat zij er zijn, hoewel hun aantal aanmerkelijk verminderd is, zoodat gedurende eenige jaren het geheele gezelschap uit vier exemplaren bestond. Men ziet ze zelden; zoodra echter de wind omdraait, veranderen ook zij gewoonlijk van verblijfplaats. Weekelijk en gevoelig als zij zijn, schuwen zij elke plotselinge weersverandering, vooral het omslaan van den wind van het westen naar het oosten, of omgekeerd; zij trachten zich daartegen te beveiligen, door achter de rotsen weg te kruipen. Zij zijn zeer bewegelijk, en kiezen tot woningen het liefst steile afgronden, waar zij in 't ongestoorde bezit zijn van vele holen en gaten in de losse steenmassa. Het kost hun, naar 't schijnt, niet veel moeite, voedsel te vinden; want zij zien er zeer welgedaan uit. Men houdt ze gewoonlijk voor buitengewoon schuw, en zegt, dat zij bij het geringste gedruisch vluchten; mijn berichtgever ontkent dit echter, en toonde mij tot bewijs voor zijn bewering eenige rotsen, van waar zij hem op dienzelfden morgen hadden aangestaard, zonder vrees te toonen voor zijn kleurigen Engelschen uniform of voor zijn onderofficiersblik. Vrij langen tijd bleven zij staan op een afstand van 30

Toch kon een man van Akbar's karakter niet weekelijk gebogen blijven onder den last der smart, hoe zwaar die ook drukken mogt. Eenige dagen sloot hij zich op, en sprak hij met niemand dan Feizi en enkele zeer vertrouwden; maar ten laatste vond hij toch weder den moed en de kracht om anderen te woord te staan, die omtrent hun eigen belangen of die van het rijk hem gehoor verzochten.

Zij is daarenboven eene Mordaunt en niet zoo weekelijk opgevoed om zich met jongemeisjesgrillen in te laten." "Gij zijt wel wat al te naïef, sir John de stem van den majoor klonk streng en bitter "of.... van eene gerustheid die mij onverklaarbaar is." "Dat zou zij niet langer zijn, en gij zoudt deze gerustheid deelen, mijnheer, zoo gij lord William kendet als ik!

Ze heeft zoo geen gevoel van tikjes; ze is zoo weekelijk niet opgebragt, als de rijkeluiskinderen." Het schoone meisje sloeg de oogen neder en keerde zich om. Een traan kwam in haar oog, toen zij den bejaarden heer omhelsde en kuste. "Ook ik ben achttien jaar, zeide zij, "en ik heb u tot vader." Mr.

Het Laaglandras, waartoe ook de Nederlandsche Rundveeslagen behooren, is inheemsch in de Noord-Duitsche laagvlakte en in sommige gewesten van Engeland. Het is groot en zwaar gebouwd, maar eenigszins weekelijk en zwak van aard. De kop is lang en smal met korte horens, welker spits bij de stieren eenigszins achterwaarts, bij de koeien meestal naar voren en naar binnen gekromd is.

Het oog is donkerbruin, de snavel grijsbruin, aan den wortel van de onderkaak roodachtig geel, de voet lichtblauw. Deze Vogel is 10.5 cM. lang. Middel-Europa mag het vaderland van den Spotvogel genoemd worden. Van hier is hij noordwaarts tot in Scandinavië verbreid; Griekenland bezoekt hij niet anders dan op den trek. Meer dan zijne verwanten is de Spotvogel weekelijk en kouwelijk.

»Het zou wel spoedig weer over zijn, maar Verburg was zoo zwak voor zijne dochter, hij maakte er te veel beweging van, hij heeft haar veel te weekelijk opgebracht; hij voor zich had alles voor eene vrouw over, maar in grillen en kuren kon hij zich niet schikken!" Niets is zoo wreed als het teleurgesteld egoïsme.

In de buurt was niemand, maar in de verte van het pad kwam een boerenvrouwtje donker aandribbelen, haar zondagskleertjes schikkend zooals ze kwam uit haar huis, 't kerkboek met gouden slot in de hand. En de huizen stonden alle blank overhuifd en de rook der donkere schoorsteenen was weekelijk blauw in de warmwitte lucht, van sneeuw nog vol.