Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 juli 2025


"Wat drommel!" riep Old Firehand. "Dat is Menaka-sjecha, de hoofdman van de Osagen! Van hem hebben wij niets te vreezen." "Sapperloot!" klonk de uitroep van Droll. "Het is warendig Bill zelf, Humply-Bill! Man, vriend, beste jongen! waarom mij niet gezeid, dat ik u bij de keel had! Nu ligt gij daar, en kunt niet kikken of mikken! Sta op, en werp u in mijn armen, broederhart!

Ach, heeremijntje! hij verstaat geen Duitsch, en dus ook geen woord van hetgeen ik zeg. Hij zal toch niet dood gaan! Spring maar eens overeind, beste brave! Ik heb u warendig niet willen wurgen! een beetje maar, zoo ver als ik dacht dat noodig was."

"Dat alles is hij werkelijk en warendig geweest; en wie de toestanden in mijn geboorte-land kent, weet nu meteen, dat mijn vader een doodarme drommel was en toch in weerwil daarvan, geacht en geëerd werd door zijn medeburgers. Wij waren met ons twaalven, en hebben er allesbehalve vet van gesopt, om eerlijk door de wereld te komen en aan ieder het zijne te geven.

Dat is mij altijd onvergetelijk bijgebleven, en gij ziet dus, dat ik het recht heb om over diamanten mee te praten. Als gij niet ophoudt mij altijd en eeuwig te hakketeeren, zal het er warendig nog toe komen, dat ik u de vriendschap opzeg, en dan zult gij ondervinden hoe gij zonder mij door de wereld komt.

"Vooreerst nog niemendal," antwoordde de kleine Saks. "Spreken zal ik eerst later, als de congressieve tijd daartoe gekomen is. Er sterft geen mensch vóór zijn tijd, en ik heb warendig geen trek, om een uitzondering op dien wereld-historischen regel te maken. Alleen wil ik daarbij voegen, dat ik op dit oogenblik nog volstrekt geen aanleg voel om te sterven. Wij dienen de zaak dus af te wachten.

Hij nam een stukje borstvleesch, en proefde het met lange tanden; maar zijn gezicht klaarde op; hij stak een grooter stukje in zijn mond, en zei kauwende: "Warendig niet kwaad! Het smaakt bijna als karniekl, maar toch niet zoo fijn als een gebraden sikje. Jongens! ik vrees dat er van die twee honden niet veel over zal blijven." "Ja, wij moeten toch iets voor den avond bewaren," antwoordde Jemmy.

"Ik geloof warendig dat wij overrompeld zijn." "Ja, overrompeld zijn wij, dat is zeker," antwoordde Droll; "dat moeten stellig die roode schobbejakken zijn, als het noodig is." Het volgende oogenblik bewees, dat dit vermoeden juist was, want toen weergalmde de oorlogskreet der Indianen. "God moge ons bijstaan! zij zijn het werkelijk!" riep Frank. "Er op los, er op los! Gauw, gauw!"

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek