Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 mei 2025
Vandaar de schrik op aller gelaat; vandaar dat zooveel groote harten hun degens overgaven. Zij, die Europa overwonnen hadden, zonken verpletterd neder, hadden niets meer te zeggen of te doen, en gevoelden in de schaduw iets vreeselijks tegenwoordig. Hoc erat in fatis. Die dag veranderde het uitzicht van het menschelijk geslacht. Waterloo is het keerpunt der negentiende eeuw.
Zij zag er doodsbleek en ontdaan uit. Hedwig ontstelde van de uitdrukking van haar gezicht. "Wat is er? Wat scheelt eraan?" vroeg zij snel. "Ik heb hier op u gewacht; er is iets vreeselijks gebeurd met Miss May," zei Taffy, in tranen uitbarstend. "En Miss Wells is opgestaan, dadelijk opgestaan, die is heelemaal weer beter."
De meubels zijn smaakvol, wellicht ongeriefelijk en ongezond: de heer des huizes denkt niet aan de gezondheid van zijn gasten, maar aan zijn eigen weelde. De dysenterie is wel iets vreeselijks, maar u zit op Europeesche leuningstoelen, en die heeft u niet altijd! zou hij hun zeggen.
Ik nam mijn harp en riep Capi, die, toen hij mijn instrument en mijn vroegere kleederdracht weder zag, die niets vreeselijks voor hem hadden, vroolijk om mij heen sprong, daar hij begreep, dat wij weder op reis zouden gaan en hij zijn vrijheid daarmede herkreeg, wat voor hem wel zoo verkieslijk was. Het oogenblik van scheiding was aangebroken.
Ik herinner me dat, toen Glumdalclitch me, voor de aardigheid, naar eenige hoftafels droeg, waar tien of twaalf van die reusachtige messen en vorken tegelijk in handen waren, ik dacht bij me zelf, dat ik nooit van mijn leven zoo iets vreeselijks had gezien.
Waarom heeft deze eindelijke ontknooping van het werelddrama hem bij voorkeur, bij uitsluiting bijna, aangetrokken door hetgeen zij vreeselijks en ontzettends heeft, en hem bewogen juist die zijde met alle kracht in het volle licht te stellen? Wie zal daarop antwoorden!
Hè foei! wil je wel eens niet zulke akelige dingen zeggen. HELMER. Jawel maar, stèl nu eens dat zoo iets gebeurde ... wat dan? NORA. Als er zoo iets vreeselijks gebeurde, zou het mij totaal onverschillig zijn of ik schulden had of niet. HELMER. Goed ... maar de menschen van wie ik het geleend had? NORA. Die? wat gaan die mij aan! Dat zijn toch maar vreemden. HELMER. Nora! Nora!
We zien onmiskenbaar, dat het figuurtje, wat zich hier opricht, iets vreeselijks doormaakt; dat het maar niet iemand is, die in zoo'n groeve te slapen lag en zich nu opricht; dat de wezenloosheid op het gezicht niet de uitdrukking is van een half slapende of van een, die bijvoorbeeld onder den invloed van sterken drank is.
Zij gevoelde zich eerst zoo zwak, zóó zwak ... Het was zoo iets vreeselijks ... het was weêr die modder, zoo vies ... Maar zij vermande zich; zij richtte zich op in hare mooie wilskracht, die eene stevigheid gaf aan het kinderlijke dwepende en kuisch vrouwelijke van haar karakter, als een forsch gedanen achtergrond, waartegen veel zachts en teeders uitblinkt.
Zoo er iets vreeselijks is, zoo er een werkelijkheid boven de voorstelling gaat, is het dit: te leven, de zon te zien, in het volle bezit van mannelijke kracht, gezond en vroolijk te zijn, hartelijk te lachen, naar een roem te ijlen, dien men voor zich ziet schitteren, zijn borst te voelen ademen, zijn hart te kloppen, een redelijken wil te hebben, te spreken, te denken, te hopen, te beminnen, een moeder, een gade, kinderen te hebben, het licht te zien, en eensklaps, in den tijd van een kreet, in minder dan een minuut in een afgrond te verzinken, te vallen, te rollen, te verpletteren, verpletterd te worden, koornaren, bloemen, bladeren, takken te zien, zonder zich aan iets te kunnen vasthouden, zijn sabel nutteloos, mannen onder zich, paarden boven zich, vruchteloos worstelen, de beenderen door 't spartelen van een paard in de duisternis gebroken, de oogen uitgetrapt, te stikken, te wringen, te krijten, en te moeten zeggen: zooeven leefde ik nog.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek