Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 25 juni 2025


"Gij zijt verbaasd," zeide hij, "dat er uit de staarten der paarden vonken voortkomen; wat zoudt gij wel zeggen, als ik met een stuk papier uit uw schrijfboek licht maakte?" De man haalt daarop uit een zak eenige meloenpitten, laat die op den grond vallen, en verzoekt mij, die weer op te zoeken; het was onmogelijk: tusschen de steenen en het zand, waren de pitten niet meer te vinden.

Op den regen volgde een stroom van vuur; de regendruppels veranderden in vurige vonken; men zou gezegd hebben dat kapitein Nemo een hem waardigen dood had willen sterven, en hij daarom gaarne door den bliksem getroffen wilde worden.

Hij sloot het verborgen kastje, en met dubbele voorzichtigheid, die voortaan echter niet meer behoefde; wijl het kastje ledig was, schoof hij er een zwaar meubelstuk voor. Na weinige seconden waren de kamer en de tegenoverstaande muur door een sterk flikkerenden weerschijn verlicht. Alles brandde; de doornen stok knetterde en wierp vonken tot in 't midden der kamer.

Lieve hemel, wat spreidden zij een vonken om zich heen en wat brandden zij lustig! «Nu kan iedereen toch ziendachten zij, «dat wij de eersten zijn! Welk een glans hebben wij! Welk een lichtEn dit zeggende, verbrandden zij. «Dat was een prachtig sprookjezei de Sultane. «Ik voel mij geheel en al in de keuken bij de lucifers verplaatst. Nu zul je onze dochter hebben

En voor zoo ontzettenden brand is éen vonk genoegzaam. Dan steekt die vonk aan, en lang smeult het, en eindelijk slaat het uit, en de vernieling is niet meer te stuiten. En ijslijker nog is het met dit vuur der zonde. Een vonk van dit zondevuur der wereld spat op u over, en zoo ge die vonk niet aanstonds wegblaast, wordt die éene vonk in een oogwenk tot drie en meer vonken.

Het was inderdaad de lente, de echte lente der dichters en verliefden, en niet de lente van Matthieu Laensberg, een leelijke lente met een rooden neus en door koude stijve vingers, die den arme nog doet rillen aan het hoekje van zijn haard, waarin de laatste vonken van zijn laatste houtblok reeds lang uitgedoofd zijn.

Wanneer ik het hoofd omwend, heb ik aan mijne linkerzijde twee opengeslagen vensterdeuren, en zie ik neder op een groot grasperk, in het midden waarvan een zware bruine beuk prijkt. Zaagt gij de zon door de takken en bladeren van dien boom hare vonken schieten op het gras, gij zoudt er stil van worden.

De manschappen stonden op hunne posten, gereed om zijne bevelen uit te voeren. Hoewel de Albatros reeds ettelijke honderd voeten gedaald was, zoo was zij toch nog door de onweêrswolk omgeven. Zij bevond zich te midden der bliksemstralen, die zich rondom haar kruisten als de schitterende vonken van een prachtig vuurwerk.

Voor de poort stopten zij de meegenomen pijpen; griffier Heerbrand klaagde erover geen tonder bij zich te hebben, toen riep archivaris Lindhorst nukkig: „Wat, tonder! hier is vuur, zooveel u wilt.” En tegelijk knipte hij met de vingers, waaruit groote vonken vlogen, die de pijpen spoedig ontstaken. „Ziet u dat scheikundige kunststukje,” zeide de griffier Heerbrand, maar de student Anselmus dacht niet zonder innerlijken huiver aan den Salamander.

Dewijl zij alsdan slechts den ouderdem van negen jaar had bereikt, was er nog hoop, dat zij eenige vonken van het licht der beschaving zou ontvangen; dat, vooraleer zij vrouw wierd, toch eenig gevoel van persoonlijke waardigheid en van maagdelijke zedigheid in haar zou ontkiemen.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek