United States or Bhutan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Achter puilde de bedstee, smoezlig van hout, met 'n stukkende matras en 'n voddige gestikte deken, waarvan de naden waren gebarsten. Kwallen verteerd-grijze watten hingen 'r als klonten aan. Anders lei niets in 't hout-gat. Op zij schuinde de huif van een vroegeren schoorsteen met 'n roestig petroliestel en 'n tweede matras opgerold met 'n touw. De grond was van oude in zand vertrapte tegels.

In plaats van stevige palen van gegoten ijzer, gebruikte men slechte houten palen; in plaats van de uitmuntende engelsche toestellen, behielp men zich met voddige machines: en de nationale lijn werd geopend.

"Welk een gereutel over eenige voddige grooten, die u de man misschien schuldig is," zeide Reinout: "kunnen wij hier de zaak niet tot effenheid brengen?"

Jezus bewoog zich in een gemeenschap, die de opeenhooping van den bijzonderen eigendom toeliet, evenals de onze, en het evangelie dat hij predikt, was niet dat het in zoo een gemeenschap een voordeel voor iemand is van karig ongezond voedsel te leven, voddige ongezonde kleêren te dragen, in afschuwelijke ongezonde behuizingen te slapen, en een nadeel om onder gezonde, aangename en voegzame voorwaarden te leven.

Ja, zeker, gij hebt gelijk, kameraad Anselmus, en wie het niet gelooven wil, beschouw ik als mijn vijand!” Tegelijk sloeg griffier Heerbrand met de vuist op tafel, dat de glazen rinkelden. „Griffier! is u dolriep de vertoornde conrector. „O, ongeluksstudent, ongeluksstudent, wat hebt gij nu weer uitgericht!” „Kom,” zeide de student, „U is toch ook maar een vogel een steenuil , die de pruiken krult, mijnheer de conrector!” „Wat? ik een vogel een steenuil een kapper!” riep de conrector in volsten toornMijnheer, u is razend, razend!” „Maar de oude zal hem overlast bezorgen,” riep griffier Heerbrand. „Ja, de oude is machtig,” viel de student Anselmus bij, „ofschoon zij maar van geringe afkomst is, want haar vader was slechts een voddige ganzevleugel en haar moeder een verachtelijke beetwortel, doch haar grootste macht dankt zij aan allerlei vijandige schepselen giftig uitvaagsel waardoor zij omgeven is.” „Dat is gruwelijke lasterpraat,” riep Veronica met boosglanzende oogen, „de oude Lize is een verstandige vrouw en de zwarte kater géén vijandig schepsel, doch een beschaafde jonge man met hoofsche manieren en haar germain-neef.” „Kan die Salamanders eten, zonder zich den baard te schroeien en jammerlijk om te komen?” zeide griffier Heerbrand. „Neen, neen,” riep de student Anselmus, „nooit ofte nimmer zal hij dat kunnen; en de groene slang heeft mij lief, want ik ben een kinderlijk gemoed en heb Serpentina’s oogen aanschouwd.” „De kater zal die uitkrabben,” riep Veronica. „De Salamander, de Salamander, kan ze allen bedwingen, allen,” brulde conrector Paulmann in een paroxysme van woedemaar ben ik dan in een gekkenhuis? ben ik zelf gek? wat kraam ik dan toch voor ongerijmde praat uit? zeker, ik ben ook gek ook gek!” Tegelijk sprong conrector Paulmann op, rukte zich de pruik van het hoofd en slingerde die tegen de zoldering, zoodat de platgeslagen lokken een klaaglijk geluid gaven en in ganschelijke vernieling het poeder wijd in de rondte deden stuiven.

Heur trekken lijnden slap en uit den scheef-getrokken, halfopen mond kwijlde schuim-speeksel ... Geerten beoogde haar met schamper-lachenden blik ... "Ge zijt verdomd strontzat, Pruttige!" ... Na een wijle ... "En, is er geen nieuws over 't geld?..." "Allez toe, verdomd, hangt het kieken niet uit ... Hop!" ... Met ijzeren vuist omklemde hij haren arm, schudde heftig het willooze, voddige lichaam ... Geerten was toornig ... Zijn gezicht werd rood en zijn trekken nijdig-hard.

We vinden er een opeenhooping van onnoembare dingen, van voddige kleeren, die over de meubels hangen, alles van terugstootende vuilheid.