Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 juli 2025
Wanneer Rupert zoetjes de deur opent en onhoorbaar over de tapijten teent, heeft ze hem in een hoekje van de psychee wel bemerkt, maar roerloos staat ze, voelt ruggelings de kriebeling van zijn naderschuiven, voelt dat ze rillen gaat, voelt over een haarlokje, dat in haar nek krult, de warmte van zijn adem ....
Boer: Rotte patatten Mee schelle' va' visch, Dat eten de boeren As 't kerremis is. Kleermaker: Kleeremaker, Luizekraker, Lapkesdief! Ge heb gestolen van mijn gerief! Koster: Bimbambeieren! De koster lust geen eieren, Wat lust hij dan? Spek in de pan, Met een roggen boterham. Paternoster, Slaat den koster, Slaat hem een bult, Dat hij rond de kerk krult.
Als zefiers aâm de golfjens krult En over 't zeevlak huppelt, Als de avondzon het schuim verguldt, Dat op zijn oevers druppelt: Dan breekt mijn blijdschap uit haar knop Als 't bloemtjen uit heur blaâren; Ik klim de geele duinen op, En volg den loop der baren. Dan dansen mijn gedachten meê, Dan dartlen mijn gepeizen Met al de golfjens van de zee, Die altijd verder reizen.
Op de schrap gezette hoeven Verheft hy 't bovenlijf, en blijft beweegloos toeven, Met star gevesten blik, van grimmige angst vervuld, Terwijl zijn vochte lip zich om den slagtand krult: Twee donkere oogen, door de lagere elzenstammen Genaderd, blikken scherp de zijnen toe, en vlammen Hem aan: de speurhond is aan 't einde van zijn spoor; Hy koos zijn richting goed en is zijn vijand voor.
Het meel dat de korrel bevat, schijnbaar vloeibaar geworden door de hitte, krult zich in prachtige, witte pluimige vormen om. Deze mielies noemt men de hamels. Sommige mielies bieden weerstand aan de hitte, weigeren te springen en worden half verkoold. Zij worden in tegenstelling van de hamels, bokken genoemd, want zij vertonen minder vet.
Bravo! juich ik, het signaal gevend. En mijn dames juichen handklappend mee, in geestdriftige vervoering. Hij glimlacht bescheiden, dankt en groet. Hij heeft een aardig, vriendelijk-blozend gezicht, met donker haar, dat achter zijn ooren, onder de kepi, een weinig krult.
Met een minachtend gebaar neemt hij door het gouden lorgnet de omstanders op; met een zekere onverschilligheid hangt hij den elpenbeenen knop van zijn rotting op in het derde knoopsgat van zijn jas, van boven af geteld, en een spotlachje krult zijn lippen, als een vreemde klank zijn oor treft.
Niemand gelooft, dat hij een paar stralende oogen kan zien en licht haar, dat krult om een blank voorhoofd, zonder verliefd te worden. De jonge gravin is vriendelijk voor hem. Daar is niets bijzonders in; ze is vriendelijk voor iedereen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek