Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 juli 2025


En daarom ook geen brief. Wat zou hij haar ook schrijven? Zij herinnerde zich, hare moeder eens gezien te hebben, hoe zij met een gelukkig lachje een pakje oude brieven opende, die in een kistje zorgvuldig bewaard werden. "De brieven uws vaders," had zij gezegd, toen het jonge meisje haar vroeg, "uit den tijd, toen wij nog bruid en bruidegom waren."

O, manmoedige maagd van Vlaanderen, gij hebt voor de wereld gestreden, gij moet voor de wereld boeten.... Verteerd door hongersnood, uitgeput van krachten, verbijsterd van het onophoudend kampen, ligt gij machteloos, kwijnend, stervend.... En toch, uwe ingewanden sidderen in den pijnlijksten barensnood. Wat zal de vrucht uws lichaams zijn? Uit u kan slechts ontstaan wat grootsch en ontzaglijk is.

De herinnering aan den dood uws vaders is nog heden voor mij diep treurig; maar nu Army op het punt staat zijne intrede in de wereld te doen, moet ik met u over het verledene spreken, iets wat ik tot nu toe steeds vermeden heb.

Mijn boodschap aan u is verricht, en ik moet u verlaten met den wensch, dat gij met een gerust geweten de weldaden van uws vaders moordenaar moogt blijven aannemen." "Een oogenblik!" riep Joan, hem met drift terughoudende: "tegen hem, die mij van mijn kindsheid af heeft welgedaan en als vader behandeld, mag ik geen onbewezene beschuldigingen aannemen.

O prinsen, wacht u! zoo de keizerin Dien wanklank hoort, zij vindt dien snerpend valsch. CHIRON. Nu, zij en heel de wereld mag het weten: Lavinia geldt mij meer dan heel de wereld. DEMETRIUS. Knaap, zijt gij wijs, doe dan een lager keus, Lavinia is uws oud'ren broeders wensch.

MARCUS. Ja, dit betuig ik op mijn eer; zoo is 't. SATURNINUS. Van hier; geen woorden meer, stoort ons niet langer. TAMORA. Neen, heer, wij moeten allen vrienden zijn; Zie den tribuun daar knielen met zijn neven; Sla 't mij niet af; mijn beste, zie op hen! SATURNINUS. Marcus, om uwent- en uws broeders wil, En de' aandrang van mijn lieve Tamora, Vergeef ik dezer jonge lieden gruw'len. Rijst op!

Gij zelf hebt die reeds beantwoord, toen gij een oogenblik geleden den dood zwoert aan uws vaders moordenaar. Toen sprak uw hart: toen hoorde ik de taal, welke den zoon, den man van eer betaamde.

't harde juk der onderwerping dragen? Van jonger broeder slaaf, uws vaders schande zijn, En blozen voor u-zelv', voor's hemels zonneschijn?

»Uw knecht vermoedt, dat een Diw de gestalte van Bartja heeft aangenomen, om uw broeder in het ongeluk te storten en uwe koninklijke ziel met het bloed van den zoon uws vaders te bevlekken."

"Daarentegen," vervolgde de Heer Bos: "zoo gij zwijgt, blijft uw geweten en dat uws vaders in rust.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek