Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 oktober 2025
Een dof geraas, een luid geschreeuw deed Ben-Hur omzien, en wat hij zag vervulde hem met een zekere bevrediging: de Astrea was gewroken. De strijd was nog niet beëindigd, maar de tegenstand veranderde in algemeene vlucht. Wie hadden gezegevierd? Ben-Hur voelde dat zijne vrijheid en het leven van den tribuun grootendeels daarvan afhingen.
Eindelijk N°. 60. Met de kalmte der wanhoop liet Ben-Hur de riem rusten en stak den beambte zijn voet toe. Daar bewoog zich de tribuun kwam overeind wenkte den hortator. Het hart van den jongeling klopte tot berstens toe. De tribuun liet zijn oog op hem rusten. Ben-Hur nam zijnen riem weder op, het was hem alsof de geheele kajuit in een lichtglans baadde.
Arrius volgde hem met bewonderende blikken. Bij alle goden, dacht hij, met een weinig leiding zou hij in de arena kunnen schitteren. Wat een looper! Welk een arm voor het zwaard! Halt! riep hij luid. Ben-Hur bleef staan. Wat zoudt gij doen als gij vrij waart? vraagde de tribuun. De edele Arrius spot met mij, antwoordde de jongeling met bevende lippen. Neen, bij alle goden, neen!
Achillas, de bevelhebber, en de tribuun Septimius, die tot de Romeinsche bezetting in Alexandrië behoorde, en van wien ik wist dat hij onder Pompejus gediend, en hem veel te danken had, waren intusschen in een boot gegaan, en voeren hem tegemoet, daar het schip daar niet landen kon.
Tiberius, de oudste, koos, toen hij tot de waardigheid van volkstribuun geroepen werd, de zijde des volks tegen den adel. Hij stelde daarom de vernieuwde invoering eener oude akkerwet voor, waarbij niemand meer dan 500 morgen staatslanderijen mocht bezitten. 't Spreekt van zelve, dat de aanzienlijken woedend waren op den stouten tribuun.
Toen hij later nog eens naar den tribuun omzag steeg zijne verwondering ten top hij ontmoette een vriendelijk glimlachje. Intusschen stevende de galei de straat van Messina in, liet de stad van dien naam rechts liggen, en keerde oostwaarts, den Etna met zijn rookwolken achter zich latende.
Alleen de hortator bleef onverschrokken op zijn post, sloeg, hoewel tevergeefs, als naar gewoonte de maat, wachtend op de bevelen van den tribuun een illustratie van de onovertroffen discipline, die de wereld had overwonnen. Dat voorbeeld had een goede uitwerking op Ben-Hur. Hij trachtte zich te beheerschen en na te denken.
Toen wendde de tribuun zich tot zijne vrienden en zeide met grooten ernst: Mijn plicht roept mij, waarde vrienden. Hij nam den krans van zijn hoofd en gaf hem aan den dobbelaar. Neem gij den krans, gunsteling der dobbelsteenen! Als ik terugkeer zal ik gaarne mijn geluk weer beproeven. Overwin ik niet in den strijd, dan kom ik niet terug. Hang den krans in uw atrium.
De onderzoekende blik van den tribuun dreef den slaaf het bloed naar de wangen, zijn groote oogen werden nog grooter, de riem bleef rusten ... daar sloeg de hortator met een toornig gebaar tegen de tafel. De roeier schrikte, keek voor zich, en hervatte met verdubbelden ijver zijn werk.
MARCUS. Ja, dit betuig ik op mijn eer; zoo is 't. SATURNINUS. Van hier; geen woorden meer, stoort ons niet langer. TAMORA. Neen, heer, wij moeten allen vrienden zijn; Zie den tribuun daar knielen met zijn neven; Sla 't mij niet af; mijn beste, zie op hen! SATURNINUS. Marcus, om uwent- en uws broeders wil, En de' aandrang van mijn lieve Tamora, Vergeef ik dezer jonge lieden gruw'len. Rijst op!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek