Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 juli 2025
Wat maalje daar toch, jongetje? Motje wat, kom in. Anders, ga heen. Nu moest Wouter wel binnengaan, of hy had afstand moeten doen van Glorioso. Want de man die, bukkende over de toonbank, zich als 'n alikruik omwrong om de deur te openen, en onzen held die woorden toetegrauwen, had geen gezicht dat uitlokte tot terugkeeren, als-i eenmaal toornig was gemaakt door doelloos "malen" aan de deur.
Zoo liep de arme Torino, die eens een welgesteld man was geweest, van huis tot huis en riep dat de tijd nu gekomen was, dat allen die hem bedrogen en bestolen hadden hun straf zouden ontvangen. Hij ging in al de kleine winkels aan de corso, sloeg met de vuist op de toonbank en zei, dat nu allen in de stad hun vonnis zouden krijgen, omdat ze meegeholpen hadden hem te bedriegen.
Vóor de kast, de toonbank, een losstaande bak, een breede, roodgeverfde, op zijn kop gezette kist, met een plint stevig aan den grond.... wat zag het ding er gehavend uit.... van onderen bij den vloer was het bekrast, bekrabd, verveloos, als door ratten beknaagd; alsof al de menschen die binnen waren gekomen, tegen de plint waren aangebotst, hun vaart daar tegenaan hadden stil gestooten.
Ons manneke was daarop echter bedacht; hij haastte zich niet en het duurde een heel poosje, eer zijn grappig rond figuurtje langs den hoek der straat verdween. "Ziezoo, die zal wel veilig bij zijn moeder komen," zei de bediende, den winkel weer binnengaand. "En wat moet jij nu hebben, Elsje?" vroeg hij, zich tot een meisje wendend, dat geduldig bij de toonbank stond te wachten.
De felle hitte had de meer welgestelde reizigers naar hun kajuiten of slaapplaatsen gedreven, en de meesten der dekpassagiers lagen achter vaten, kisten en ander pakgoed, overal waar slechts een weinig schaduw te vinden was. Achter deze soort van toonbank zat de knecht van den hofmeester, vermoeid van de hitte, met zijn oogen dicht te knikkebollen.
Hoe kan het getuigen van de geringe nooden der jeugd. Armelijker kan het wel niet. Twee kinderen konden er niet in zitten. Daarvoor was het te eng. Eén kind kon er zitten, als het zijn hoofd maar steeds gebogen hield, en anders moest het er half liggen. De wanden van het zeepvat en het vat met appelgelei, onder de toonbank, vormden het uitzicht tusschen de treden der trap.
werd er toen geroepen en daarop klonk een schaterend lachen, zóó vroolijk, dat Nel, Hans en Bob het mee uitproestten. Toen ging op eens achter de toonbank een deur open en een dame met een vriendelijke stem zei: "Neem me niet kwalijk, jongejuffrouw, dat ik u zoo lang liet wachten, maar ik werd juist even opgehouden. Waarmee kan ik u dienen?" "Ik, ik".... Nel schaterde het weer uit. "Hebt u ook."
Hij wil hem alles meedeelen; specifiek welzeker! Het brandt hem toch gedurig op de lippen. Terug Nee nee Kippelaan, zwijg! Je zwarte hoed weerkaatste in zijn oogen! En wie weet, of nu de majoor niet iets loslaat. Wie weet.... wie weet! Heeft de poging om zich voor dien zotskap goed te houden, Helmond zoozeer overspannen? Hij moet zich aan de toonbank vastklemmen. Nu gaat het beter.
Hij dronk onderweg in een klein drankhuisje twee borrels, achter elkaar, aan de toonbank, en met voldoening merkte hij hoe 't werkte van binnen, verhittend zijn donkre, loome lijf, opslaand met helle vlammen zijn suffe hoofd in. En hij vond zijn vrinden, die er altijd al waren, bitterend aan hun gewone tafeltje.
De oude tegenstelling vindt gij ook daar. Gij zult haar kunnen ontmoeten in een klein nederig huis, dat geheel gesloten is. Nog gisteren was het open, en prijkte het eenige raam met verschillende winkelwaren. Achter in den winkel lag een hoop talhout en turf, benevens klompen en touw; worsten hingen van de zoldering af en aan een houten rek boven de toonbank eenige bundels vetkaarsen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek