Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 mei 2025
Betsy vergeet het gezelschap, en draagt een paar schoone muzikale gedachten voor. Een glimlach beweegt hare lippen een vonk van geestdrift tintelt in haar oog. Oningewijden mochten misschien de fijnheid en zekerheid van haar spel niet naar waarde kunnen beoordeelen, allen luisterden met eerbiedige stilte. André is opgetogen.
Aan wie de hoogste lauwer? Wij beslissen niet: maar dit weten we wel, dat wij hem beklagen, wiens hart niet sneller klopt, wiens oog niet tintelt, wiens geest zich niet verkwikt en verheft bij het lezen van het onopgesmukte, naïef-eenvoudige, bijkans zouden wij zeggen platte, verhaal van hun lijden en strijden; hem, wien de zin ontbreekt voor de waarachtige poëzie, in dat nuchtere dagverhaal verborgen, meer dan in zoo menig hoogdravend gedicht.
En als ik dan volgens de natuurwet dien klap geef, dan is het door de natuurkracht dat 's mans oor tintelt. Of heb ik daarin ongelijk? Gij hebt zeer dikwijls gelijk, ook als gij ongelijk hebt, mijn waarde Halef. Overigens spijt het mij, dat gij Hanneh, die bloem aller vrouwen, niet zult kunnen vertellen dat gij in een spoorwagen gereden hebt. Waarom niet?
Het dikke randje onder het oog kennen we wel; dat is een lachje, het is dartelheid. Zoo zit iemand niet op een stuk muur te kijken. De blik geldt hem, dien ze lijden mag, en dien ze nu, in haar speelschheid, niet kan nalaten te plagen. Er tintelt iets in het oog, dat levenslust is.
Het Centraal-station staat tegen de donkergrijze lucht, als een zwarte massa, alleen gebroken door een groote, langwerpig vierkante plek helder licht, den ingang. De schijn der gasvlammen blinkt tegen de ijskegels, aan den gevel en tintelt in de sneeuwdeeltjes, die op de houten trappen van het gebouw glinsteren.
Broeders, Antwoordt gij nóg niet, hoe? Zij durven 't niet. Wie durft? Want ik begeer dien vloek te hooren. Ha! welk een vreeselijk gefluister stijgt! 't Lijkt nauwlijks klank: het tintelt door het lijf Als bliksem tintelt, aarzlend eer hij slaat. Spreek, Geest! want door uw lichaamlooze stem Weet ik alleen dat gij mij nader komt, En liefhebt. Hoe vervloekte ik hem?
Maar gingt ge de echte poort door, o, dan trilt en tintelt het voorts alles van leven en worsteling; dan is er strijd en onderliggen en een weer overwinnen al de dagen, dat God u nog het aanzijn op aarde vergunt.
Heerlijk, verkwikkend kabbelt de Rijn; verrukkelijk tintelt de zon in het water. Gartenwithschaft van 't Hotel "Zur Krone" vinden we een koel plekje. 't Is toch nog warmer geworden, want de zon staat in 't zenith, maar de koelte van 't water reageert tegen de zonnestralen. Mainz ligt links van ons, als in een lichten nevel gehuld. Het is alsof de lucht trilt van de hitte.
Abraham De Wees neemt, met een oog, dat van genoegen tintelt, het handschrift, dat hem de dichter gelaten heeft, naar de binnenkamer mede, zet zich, tegenover zijne huisvrouw, aan de gladgewreven eikenhouten tafel neer en zegt met een blijmoedig gelaat: "Weer een treurspel, moeder! dat mij Van den Vondel gegeven heeft om te drukken."
"Ik wist op 't oogenblik niets anders te zeggen, omdat, omdat nu, omdat ik geen woorden had om te zeggen, hoe mooi ik 't vond..." Met kracht vliegt het onstuimige bloed den jongen kunstenaar naar 't hoofd en kleurt zijn wangen; het tintelt en glinstert in zijn oogen; hij wil iets zeggen, maar hij kan niet, 't is hem alsof zijn keel wordt dichtgeschroefd.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek