Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juni 2025
Taurus verscheen een oogenblik, zag naar den hemel, knikte bemoedigd tegen de lucht: na dien regen een mooie dag en zeker een mooie avond: een mooie avond moèst je hebben om je meiden te laten troonen: met een mooien avond dwarrelde de Suburra vol wandelaars en pleizierzoekers en scholen ze niet allen bij Nilus.
De stortregen stroomde reeds den geheelen dag. Langs de goten van de Suburra golfde het water als met twee klotsende rivieren, links en rechts, snel vlietend, de nauwe, hellende, kronkelende straat over, haar groot, gebarsten plaveisel overstroomende, mede voerende allerlei afval, tot juichend pleizier der straatjongens, die naar welbehagen beenderen en graten en groente-overblijfselen er uit op vischten en er elkander meê om de ooren kletsten. De straatjongens, zij hadden dien regendag geheerscht in de Suburra, om die overstrooming der goten, gescholden door hunne moeders, die hen van uit de donkere deuren der kleine winkeltjes en kroegen terug wenkten en allerlei vervloekingen der goden riepen over de hoofden harer onbetrouwbare boefjes. De deerne Gymnazium zoo bijgenaamd, omdat zij in jeugdiger dagen een leerschool geweest was voor jonge athleten en gladiatoren had een blik naar buiten gewaagd, een paar woorden toe schreeuwende aan haar slavin, de kapster, die zij over haar huisje in haar kapwinkeltje had geïnstalleerd, als tonstrix, om zoo meer profijt van haar te trekken, en zich daarna op haar breede rustbank gevlijd, genietende den zwoelen Aprildag van regendoorruischte rust. Vreemdelingen, om rond te leiden, dien middag, zouden de Suburra met d
Je broêrtje komt gauw terug.... De knaap zweég. Crispina bracht hem ooft en gebak. Hij weerde af en weende.... Wat zoû je dan willen? vroeg zij. Mijn broêrtje.... kreunde hij. Hij komt gauw terug, verzekerde de dominus. Maar je moet niet ziek worden. Als je niet ziek wordt en Cecilius is terug, dan kom je weêr bij ons, achter de Suburra....
En hoofdschuddend en zijn hart vol zorg, sleepte hij zich door Rome, waarover de volle maan gerezen was, en dat blank zuilde rondom hem heen, naar huis, naar zijn heel ver huis, naar het huis van den voller, heelemaal achter de Suburra, ach, ach, en zonder avondeten omdat Nilus' taveerne op dezen avond gesloten was....
Een Christelijk mysterie-theater! lachte de dominus. Neen, Nilus, daar zijn we het met elkaâr over eens, dat zal nooit bestaan, niet in der eèuwen loop! Wat ik meen, is dit: kunst mag eigenlijk voor mij niets anders zijn dan kùnst.... En de dominus, op en neêr loopende, met den caupo, in de nauwe Suburra, legde hem uit wat hij meende, dat het theater wel worden mocht in de Toekomst en wat niet.
Naar wiè? vroeg Plinius. Gymnazium!! schaterlachte Martialis. Ik kèn haar, met haar kapster! Ja, edele vriend, in de Suburra zijn antieke gewoonten èn antieke bijnamen behouden gebleven.... Of, zei bedenkend Cecilius; hij eet misschien bij Nilus, den Egyptenaar.... De cliënt nam van alles notitie, ging reeds. Wij wonen.... riep Cecilianus hem achterna.
Hun kastje met de godin hadden zij op een plank tegen den muur geplaatst, den sluier er over heen, en daar lagen zij nu, galmende, gillende of, weêr opgestaan, dansten zij als gekken, altijd obsceen, als de gemeenste jongens in de Suburra niet waren.
Geen half uur geleden! Het is een hoop puin! Menschen omgekomen?? vroegen de gladiatoren, terwijl de jongens allen steeds te paard, te muil en te ezel aan het huilen sloegen.... Wat denk je dan? riep het rondom. Ze zijn niet vroeg in die wijken achter de Suburra. De voller was aan het werk maar die is.... En de slaven van Autronius....? En mijn komedianten? Mijn komedianten?? riep de dominus.
Maar wie er niet naar Antium en Baïae gingen, dat waren zoo wel de bewoners van de Suburra en hare nieuw gebouwde, omringende straten en dat waren de bewoners van den Palatinus: dat waren de allerhoogste en dat waren de allerminste. De laatste, zij waren het nooit gewoon geweest, Rome voor de zomerwarmte te ontvluchten.
Hij ging naar het Velabrum, naar de Groote Markt, om inkoopen te doen, minachtend de winkeltjes in de buurt, hoewel even belangstellend loenschend naar den stapel scharlaken tomaten.... De Gallen, ondankbaar, brommende, nagejouwd door de bezemende slaven, die riepen van luizen, liepen den hoogeren heuvel op, waar zich de Suburra verwijdde. Op den ezel hadden zij het kastje gesnoerd.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek