Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 mei 2025


Ik moet er niet meer aan denken. Er waren twee dames, die ik zag neersmakken op het dek, een golf nam ze op, ze gingen de lucht in, maar kletsten weer terug op het dek. Haar hoofden waren gespleten. Nog even lagen zij roerloos. Toen spoelden ze weg. Dat lukte ons. Om ons te beschutten tegen den wind, grepen we een stuk zeildoek. Dat sloegen we om ons heen.

Baai was hem bijna ontsprongen en nu, in 't verschot van de verrassing buitelde het ineens zijn onwillige zottigheid uit en wilde wegrennen. De vier hoeven kletsten twee en twee overhand tegen den harden grond met wreeden zwong van zware pooten en slaanden kop.

Zij loechen om de vrees van het lichte vrouwvolk en waren vol van de verwachting der vreugde die ze zoeken gingen. Aan den ingang van 't dorp kletsten de hoefijzers dubbel hard op de kasseisteenen en de menschen kwamen uit hunne huizen kijken en bewonderden de twee ferme ruiters: Odo, de zoon van den ouden burgemeester, en André, de landrijke boer.

Elkendeen keek naar 't venster, waar de dag nog lichtend bezig was. De sneeuw bijsde er onophoudend naar 't westen toe, waarheen de wind zijn joependen asem joeg, en de vlokken kletsten altemets met een klein getjok tegen de ruiten of maakten, precies dansend, een sprongsken en een ronde.

Frits wees den weg, na dat hij met zijn hoofd buiten de deur den koetsiers "twee uur" als tijd om te-rug te komen had toegeroepen. De heeren wipten achter hun dames snel de stoep op; hun glimmende schoenen kletsten en kraakten piepend over de steenen treden. De heele achterkamer was in-éens vol beweging.

Eens regende het in een voorjaars-storm, vóor de komst van den zomer; in sabelende scheuten kletsten de droppelen-massaas tegen het glas. Huiveringen zwiepten langs den grond van kiezelsteenen, over het dunne opschietende gras tot aan het hek.

De slaven kletsten met de emmers water en bezemden, bezemden, trokken de banken en tafels over den drempel, wreven ze schoon.... Nilus zadelde zijn eigen ezel en de beide ezels balkten. Toen zij balkten, blaften de honden. En Nilus steeg op en reed weg, twee enorme leêge manden ter zijde van zijn zadel hangende. Twee zijner slaven volgden hem, op hun slavendrafje.

Wel schemerde door het lijkzwart der boomen de éérste donzing van groen, maar de dagen waren koud hagel en regen kletsten langs de ruiten en de grond bleef zwart. Vandaag is de zomer gekomen. Als ik door het raam kijk, is niets veranderd. Boven de tuinschutting staan boomen, oud en levenloos, stil en doodsch, alsof ze nooit weer groen zullen dragen.

De zweepen kletsten over den rug van de peerden en de bellenkransen rinkelden boven al 't geluid uit. Zoo kleurig stonden de menschen gekleed, zoo vlug, zoo vroolijk ging het werk als bij een feestig bedrijf. Verlinde keek als een zot wijds en zijds over al dat leven, hij baadde in de groene zeevlakte en eene ongekende lustigheid voelde hij met den nieuwen dag in zich opkomen.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek