Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 oktober 2025


Zij zaten op een bank, zagen de kranen werken en hoorden de stoomers toeteren. Grootvader was het vraagbaken dat voor alles een antwoord vond dat het kind voldoening gaf. Grijsaard en kind lieten hun verbeelding vrij spel. Pa weet dat allemaal niet, misprees Albertken. Foei, strafte Snepvangers gevleid.

Te Aulis doodde hij door onvoorzichtigheid een hinde van Artemis, waarover deze godin zich wreekte door windstilte te zenden, waaraan eerst een einde kwam, toen Ag. haar zijne dochter Iphigenia als offer had aangeboden. Voor Troje beleedigde hij den priester Chryses, waarvoor Apollo het leger met pest strafte.

Hij wist evenzeer, dat hij hulp en bescherming moest verleenen aan zijn broeder, aan zijn zuster, aan vele boeren, die hem kwamen raadplegen, als aan kinderen, die hem waren toevertrouwd; zijn vrouw en Dolly hadden gelijk recht op zijn tijd, en dat alles legde ruimschoots beslag op zijn levensbestaan, waarvan hij, als hij er over peinsde, de beteekenis niet kon verklaren, 't Was een vreemde zaak: niet slechts stond zijn plicht hem duidelijk voor oogen, maar hij voelde ook geen twijfel omtrent de wijze om dien te betrachten in de bizondere gevallen van het dagelijksch leven; alzoo aarzelde hij niet zijn arbeiders zoo goedkoop mogelijk te huren, maar hij wist, dat hij zo niet moest huren boven noch beneden den normalen prijs; hij leende geld aan een boer om hem uit de klauwen van een woekeraar te rukken, maar bewees hem later geen gratie bij het betalen van de rente; hij strafte gestreng het stelen van hout, maar zou zich bezwaard gevoeld hebben het vee van een boer te schutten, dat gevonden werd op zijn weiden; hij hield het loon in van een arbeider, die uit hoofde van den dood zijns vaders gedwongen was het werk te midden van den oogst te verlaten, maar hij onderhield en verzorgde de oude dienaren, die niet meer werken konden; hij liet de boeren wachten om zijn te huis gekomen vrouw te gaan omhelzen, maar hij zou niet naar zijn bijenkorven hebben willen gaan zonder hen ontvangen te hebben.

Toen de weduwe dat hoorde, zeide zij heel verheugd tegen het poesje: »Nu poorten en deuren opensluiten, En smijt wij den ouden heer Vos naar buitenMaar toen de bruiloft zou beginnen begon ook de oude heer Vos te bewegen, en strafte het heele zootje duchtig af; maar vrouw Vos joeg hij de deur uit. Tweede Sprookje.

Elken dag overlaadde de kapitein mij met harde woorden, en poogde als het ware mijn lijdzaam gemoed tegen zijne ruwe behandeling in opstand te brengen; hij scheurde mijn schrijfwerk onder alle voorwendsels aan stukken, strafte mij om de minste schijnreden, en vernederde mij bloedig in tegenwoordigheid der soldaten, die ik in vele gevallen te gebieden had.

Strafte ik u nog verder in 't openbaar, ik zou u dan tevens voor goed vervallen moeten verklaren van den troon en een uwer jongere broeders tot mijn opvolger behooren aan te wijzen. Maar dat wil, dat kan ik nog niet. Ik heb u nog te zeer lief om u voor immer te verstooten, zoolang ik het vermijden kan. Niettemin blijft alles afhangen van uzelven.

En de Heer strafte mij nogmaals om mijne lastering; want mijn hart werd koud: Geloof ontging mij gansch, weenen kan ik niet meer, ook niet klagen. En dan kwam eerst de duistere gevoelloosheid mij den galbeker voor de lippen houden; En de dagen mijns levens werden voor altijd nevelig en duister!" De grijsaard stond op, en ik zag hem langzaam heengaan.

Voor den schoolmeester had Gerrit altijd heel veel eerbied gehad; maar meer nog had hij met groote jaloezie den machtigen man benijd, die zoo als onbeperkt alleenheerscher in de school over al de jongens en meisjes regeerde; die strafte en beloonde naar welgevallen; en die zooveel wist, dat alle bewoners van het dorp, van den grootsten tot den kleinsten, behalve dominee en dokter, al hun kennis aan hem te danken hadden.

Hij, die door de smart van den koning en zijne ridders ongeroerd bleef, moet een hart van steen hebben, en is niet waard den Graal te bezitten!" Parcival's ziel kwam in opstand tegen het noodlot, dat hem zóó strafte. "Is het dan zulk een schoon en begeerlijk lot om Graalkoning of -ridder te zijn?" vroeg hij nog, maar Sigune zag hem verontwaardigd aan en sprak: "Wat spreekt gij domme taal!

Art. 207 IV. van het strafwetboek van Bosnië en Herzegovina is gelijkluidend met art. 132 IV van het Oostenrijksche strafwetboek. Oorspronkelijk was het met het Hongaarsche strafwetboek treurig gesteld. Het strafte slechts den zwaarsten vorm van koppelarij.

Woord Van De Dag

vorstengeslachten

Anderen Op Zoek