Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 juni 2025


Toen Sprotje, aan het eind van de tweede week, voor de tweede maal haar twaalf stuivers had gebeurd, nam zij 's Zondagsmiddags, terwijl er niemand thuis was, vier kwartjes uit het gleufdoosje, waarvan zij zelf het sleuteltje bewaarde, en den Dinsdag daarop kocht zij zich, in een lang begluurd winkeltje op 't Broerekerkplein, een mutsje van vijfentachtig cent.

Maar den volgenden Vrijdag was Sprotje zoo

"Nee, rijk hebben ze 't niet," dacht Sprotje; "die jongen van Bertels het zeker beter schoenen aan zijn voeten dan de meester.... en de pantoffels van de Juffrouw, nou, daar zal ze ook geen warme voeten in houden op de keukensteenen...." "ffff," zoog zij tusschen haar groene tandjes, als 't bovenleer van een paar meisjesschoenen drie dwarskerfjes vertoonde, die bijna al door en door gingen.

Een der eerste avonden vertelde zij aan Sprotje, dat zij, vóór haar trouwen, op hun dorp het "jolige Dekkertje" werd genoemd, en zij deed, al fluisterend, nog meer korte, koddige verhaaltjes, die het kind met een groote bewondering vervulden, en waarover zij, met een hooge kleur en opgetrokken schoudertjes, haar lachen te verbijten zat.

"Je doet het niet biester gauw, maar je doet het toch wel goed" zei die meegaande, en het kind was haar heel dankbaar voor die prijzende woorden, die zij wist niet verdiend te hebben. En toen, ten leste, mocht Sprotje gaan zitten. Ze mocht kousen stoppen.

Het was in die dagen, dat Sprotje haar eerste centen op een boodschap stal en dat zij eens, met een gewurgdheid of ze een misdaad beging, twee en een halven liter petroleum aan de deur nam en er drie in rekening bracht.

Sprotje was nu bijna anderhalf jaar aan het dienen, en haar hang naar keurige kleeren was afgestompt in het gedrang der dagen en dagen méér werken dan zij kon.

Als in een schrillen zwaren droom, werktuigelijk, stapte zij uit haar kleeren, en kroop rillende onder den deken, op het lage zwiepende bed. Maar met de dagen, die kwamen, wende Sprotje in haar dienst. Zij wende aan het werken, wende aan het moe-zijn; zij wende aan het plagen van de kinderen, aan de barschheid van meester Jonkers, en aan het soms slechte humeur van de Juffrouw zelf.

Andere dagen weer had zij buien van groote werklust en bedrijvigheid. "Zou je nou zeggen," kwam dan wel de moeder ongeloovig, "dat dat kind iets mankeert?" Sprotje kreeg het vermoeden, dat zij beraadslaagden haar naar een naaiwinkel te doen.

Sprotje werd verward; zij begreep volstrekt niet, wat hij met die o's eigenlijk zeggen wou; en toen zij, de beide builtjes in haar mand, wat ontnuchterd het winkeltje weer uit kwam, zag zij op eens, aan den overkant der smalle straat, den vroegeren vrijer van Sien aankomen.... Sinds den avond van het briefje en de afgetrochelde twee gulden, had zij Hein niet weerom gezien.

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek