Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 juni 2025
Mijn hart snakt, om het kind nog eens te zien, dat ik zoo dikwijls op de armen heb gedragen." "Gij zult hem waarschijnlijk zien," bevestigde zijn meester, "maar onderbreek mijne rede niet.
Hij droeg een vollen baard, die grijsde en de uitdrukking zijner zeer groote en ietwat uitpuilende oogen had iets angstigs en benauwends, als van iemand die voortdurend naar zijn adem snakt. Zijn zoon, een hoofd langer dan hij, was een donker Mephisto-type, met een beginnend zwart snorretje en zeer nauw-gespleten zwarte oogen, die nooit heelemaal frank de menschen en de dingen aankeken.
Gij waart reeds verre gevorderd nogtans! Maar het zij zoo; men bekomt deze onschatbare wetenschap zoo niet in eens. Wanhoop niet, Willem; wij zullen morgen met meer geluk waarschijnlijk de proeve hernemen. Schei uit nu: het is genoeg voor heden. Daarenboven, het zal haast avond worden, en het uur der eenzaamheid nadert voor mij. Wat u betreft, gij snakt naar rust.
Waar over den Afgod Staf nochmaals om raad gevraagt zynde, hun ten antwoord gaf: het bloed van een driejarig kind daar in te gieten. Dat gedaan wierd, en waar na het ook ophield, dat 'er zelf geen water meer in de put bleef. Zo snakt de Duivel naar menschen bloed.
"Die ander snakt naar een brutaal wederwoord van den melkboer tot mijn brutale dienstbode, om dan haastiglijk met vleiende hoffelijkheid zichzelf in de gunst en leverantie te dringen". "Daarover beschikt toch mevrouw mijn nicht?" "Neen, mejuffrouw mijn dienstbode". Dienzelfden dag des namiddags stond mijn neef in mijn dorpsche huiskamer naarbuiten te turen door het venster.
"Wie zal dat zijn?" vroeg Parcival in ademlooze spanning en Sigune antwoordde: "Als een kind in de eenvoud zijns harten, als een held in de sterkte van zijn arm, een ridder en tevens een dwaas, zoo zal de nieuwe Graalkoning zijn. Amfortas is oud en vergrijsd en snakt naar rust.
Bij tijden komt er een verwondering over je, een verschrikt gevoel, een angst dat het gegolf der jaren zoo op je aandreunt en je altijd nog burgerlijk en rustig inwoont tusschen de andere menschen met huizen, tafels, ramen en stukjes grond, bij tijden meen je dat er toch wel plots een verandering zal komen, zoo een heel-groote, wonderlijke, gelukkige verandering, waarnaar je snakt, waarom je bidt met brandende oogen als je soms stil zit, droomend, soezend, ingekeerd tot je zelf als een ziener die niet-te-verhalen visioenen en droomen heeft, maar dan zijn er weer dagen, schrikkelijk-heldere dagen, waarin je wéét, waarin je op eens klaar wakker bemerkt dat je twee, drie jaar op één plek gewoond hebt, met geen ander doen dan gaan in straten, tusschen hooge huizen door, langs vreemde en bewegelijke menschen en telkens weer je rust vond voor het oude raam, in de ouwe kamer, met het uitzicht op hetzelfde strakke, zwarte, door het Noorden gedoode vierkantje grond.
"Die jongen snakt naar gezelschap en vroolijkheid," zei ze tot zich zelf. "Zijn grootvader weet niet wat goed voor hem is en houdt hem eenzaam opgesloten. Hij heeft behoefte aan een troep jongens om mee te spelen, of aan iemand die jong en vroolijk is. Ik heb grooten lust eens over te wippen en dat aan den ouden heer te gaan vertellen."
«Wil je wel gelooven dat alles te vroeg rijp wordt, klein blijft, dat alles snakt naar water;" zoo stoorde hem plotseling de stem van den tuinbaas. Hij kwam uit den moestuin en het witte schort puilde voor zijn buik, volgepropt met pasgeplukte jonge erwten.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek