Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 8 mei 2025


Op eens moest ze ophouden met rondkijken, en sloeg de oogen neer, want ze merkte, dat allen in de tent haar aankeken. Söderberg moest iets van haar verteld hebben, want nu namen de Laplandsche mannen en vrouwen de korte pijp uit den mond, en keken naar de plaats, waar zij zat. De Laplander, die naast haar zat, klopte haar op den schouder, knikte en zei in 't Zweedsch: "Goed, goed."

En waart gij niet bevreesd herkend te worden? vroeg de luitenant. Ja, daar was ik nu en dan wel eens bevreesd voor als de Arabieren of Mooren mij zoo onderzoekend aankeken. Maar, Goddank! dat duurde slechts een half uur. Toen waren wij buiten de stad. Maar die hevige regen van gisteren avond noodzaakte ons een grooten omweg te maken, anders waren wij reeds eer hier geweest.

"De mannetjes", zegt K. von Steinen, "staarden ons gewoonlijk met opengesperden muil aan, maar gingen niet van hun plaats. Terwijl zij ons zoo vol stomme verbazing aankeken, vertoonde zich op hun gelaat een wonderbaarlijk komisch gebarenspel.

Even later stonden ze buiten. "Nou, Bert," zei André, "wij gaan nog 's even naar de meisjes kijken, jij gaat zeker niet mee...." "Och, jawèl, dat 's goed," zei Bernard koeltjes. Hij voelde dat de anderen elkaar aankeken met opgetrokken wenkbrauwen, maar hij zag 't niet, hij keek voor zich.

Zoo kwam ik op een dag tegen tien uur in den morgen in een dorp van nog al eenige beteekenis. Het hoofd, dat gewaarschuwd was, kwam dadelijk uit zijn hut aan den kant van den weg bij de velden met reeds bijna rijpe gierst. Het was een kleine grijsaard met witten baard, wiens boosaardige oogjes, schitterend in een gelaat met ontelbare rimpels, mij nieuwsgierig aankeken.

Ze taakte dan den warmen toets van zijn lijf en ging moe hangen aan zijnen arm. Het docht haar dat de voorbijgaande menschen haar aankeken. Het docht haar dat elkendeen beloerde hare overgroote aandoening en dat haar herte openlag, bloot vóor elkendeen's oogen. Ze dacht verder aan niets meer dat achterzijds volbracht was in 't verleden, en alles werd een helle nieuwigheid.

Er verliep echter nog een goed half uur, alvorens wij de bekende schel hoorden overgaan. Ons aller hart klopte hevig bij zijn binnentreden; maar toen wij hem aanzagen, stond zijn gelaat zoo strak, dat de vraag: "wel! hoe is het afgeloopen?" ons op de lippen bestierf en wij elkander zuchtend aankeken. Mijn vader plaatste zijn hoed op de tafel en nam zwijgend plaats.

Het was een man van gewone gestalte, uitgedroogd en gespierd en ongeveer dertig jaar oud. Behalve een paar kleine glinsteroogjes, die in zijn hoofd rolden en die allen dreigend aankeken, had hij een platten neus boven een rossigen knevel, welke laatste in twee punten tot aan zijn slapen reikte.

Bij haar was haar dochter, een bleek meisje met mooi haar, wier oogen ons uitdagend aankeken, toen zij vertelde, dat zij blij was, dat haar vader dood was, en dat zij de hand zegende, die hem had neergeveld.

Ze had bijna heelemaal grijs haar en kleine, ronde oogen, die Bernard recht en ietwat onderzoekend, maar erg goedig en vrindelijk aankeken; ja, toen ze vlak bij hem was en hem een hand gaf, was 't of haar oogen vochtig werden van blije aandoening. "Dag meneer Bandt," zei ze, "'k ben blij dat ik u 's zie."

Woord Van De Dag

ach-stv

Anderen Op Zoek