Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 31 mei 2025
Op eens moest ze ophouden met rondkijken, en sloeg de oogen neer, want ze merkte, dat allen in de tent haar aankeken. Söderberg moest iets van haar verteld hebben, want nu namen de Laplandsche mannen en vrouwen de korte pijp uit den mond, en keken naar de plaats, waar zij zat. De Laplander, die naast haar zat, klopte haar op den schouder, knikte en zei in 't Zweedsch: "Goed, goed."
Als men bedaard en zoo veel mogelijk zonder beweging te maken, in de nabijheid van de gevonden eieren blijft zitten, ziet men het wijfje na verloop van geruimen tijd terugkomen, op eenigen afstand van de eieren zich nederzetten en voorzichtig, vol argwaan rondkijken.
Laurie kreeg weer een kleur, maar werd toch niet boos, dat hij zoo van verlegenheid beschuldigd werd, want Jo scheen zoo welgezind, dat het niet mogelijk was haar rondborstige verklaringen anders op te nemen, dan ze bedoeld waren. "Ga je op een prettige school?" vroeg hij, van onderwerp veranderend na een kleine pauze, waarin hij in het vuur had zitten staren en Jo voldaan had zitten rondkijken.
Eindelijk komt er wat orde, want er is een keuze gedaan, en een politieman is komen opdagen en bevrijdt mij van de opdringerige menigte. Nog wat heen en weer geloop, en al die menschen zijn tot hun gewone bezigheden teruggekeerd. Nu kan men zien en rondkijken. Over het kanaal ligt een steenen brug, zoo hoog en steil, dat men er op handen en voeten op moet klauteren, om aan den overkant te komen.
Als men oplettend en zonder gedruisch te maken, plaatsen voorbij gaat, waar zij zich verscholen heeft, kan men licht het genoegen smaken, haar te beluisteren. Men hoort een onbeduidend geritsel in de afgevallen bladen en ziet een bruin diertje zich voortreppen, dat, zoodra het den mensch bemerkt, argwaan toont en op de achterpooten gaat staan, om beter te kunnen rondkijken.
Na lang rondkijken had zij er eindelijk een uitgestald gezien en die gekocht: een breed zwart geribt lint, met enkele dofzilveren versierselen. Thuisgekomen, bevestigde zij het met haar slanke handjes aan zijn vest, en hij was er erg gelukkig meê.
Nu ging de pastoor tot de gemeente en zei, dat de mis gelezen was. Zij kwamen, en rolden het vat naar het water. Toen het vat begon te rollen, riep de herder: »ik wil graâg schout worden!« en zij dachten, dat het 't boerke was en riepen terug: »Best hoor, maar eerst moet je daar beneden eens rondkijken!« en zij rolden het vat in het water.
Maar ik heb meester gezien en nu begin ik eenigszins met den wil des Heeren verzoend te worden. Meester kon zich niet anders helpen. Hij heeft wèl gedaan; maar ik vrees dat de zaken in de war zullen loopen als ik wegga. Men kan niet verwachten dat meester overal zal rondkijken, zooals ik deed, om alles in orde te houden. De jongens willen wel, maar zij zijn machtig zorgeloos. Dat kwelt mij."
Dat onze vereeniging voor vrouwelijke studenten bloeit, en wezenlijk in 'n behoefte voorziet, het jaarverslag zal het ons allen dadelijk met getallen en feiten duidelijk maken, maar wezenlijker, dan 'n statistiek het ons leeren kan, worden we 't ons bewust, wanneer we op dezen avond de zaal rondkijken, en zien, hoe groot de opkomst is, en voelen, hoeveel vriendinnen de club ons heeft gegeven... Ik zie de menschen, die het bestuur vormden, toen ik, als verlegen eerste-jaartje, hier voor 't eerst binnenkwam; er zijn hier velen, die meer van den wordings-tijd der vereeniging weten dan ik.
Niet omdat talrijke boekenkasten de wanden bedekken, zoodat alleen hier of daar het goudlederen behangsel doorschijnt; want het bezit eener rijke boekverzameling begint reeds eene der noodwendigheden te zijn, die een man van vermogen ook al slaat hij er nimmer een oog in zich wel getroosten moet, wil hij niet voor een plomperd worden aangezien: neen, wat ons tot de zoo even vermelde overtuiging brengt, is, vooreerst, de meer bijzondere aard dezer boekerij, die, schoon verre van arm in werken, die tot godgeleerdheid, rechts- en staatswetenschap betrekking hebben of over letterkunde handelen, toch vooral waarde heeft door de volledige verzameling, die zij bevat, van hetgeen in vroegere en latere tijden over wiskunde in al hare onderdeelen is geschreven, en alzoo bij den bezitter eene bepaalde voorliefde aanwijst voor dat vak van studie: ten andere, de omstandigheid, dat, waar de voorhang is opengeschoven, zich menige opene ruimte vertoont, getuigende dat aldaar óf een geheel werk óf een deel van eenig werk is uitgenomen, en dat, wanneer wij rondkijken, wij het ontbrekende boek op eene schrijftafel of op een stoel terugvinden, niet zelden open of met talrijke papiertjes bestoken, als zoovele aanduidingen, dat men het geraadpleegd heeft en nogmaals raadplegen wil: ten derde, omdat de aanwezige aard- en hemelglobes niet, als in de meeste boekerijen het geval is, bij wijze van sieraden op de bovenhoeken der middelste kast prijken, zorgvuldig met hoezen tegen stof bewaard, maar open op eene tafel staan; terwijl evenzeer de talrijke wiskundige, optische en physische werktuigen, in kwistigen overvloed op tafeltjes, buffetten en consoles of zelfs op den grond uitgestald, de bewijzen met zich dragen, dat zij niet voor den pronk zijn aangekocht, maar wel degelijk aan hun bezitter aanhoudende diensten bewijzen: en eindelijk, omdat de tafels overladen zijn met kaarten, boeken en schrifturen, en wij onder deze laatsten eene menigte opstellen van des bewoners eigen hand erkennen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek