Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 juni 2025
Waarlijk niet zonder reden vaardigde men verordeningen uit, waarbij het dragen van wapenen verboden werd. Ook het heiligste is soms niet veilig. Eene woeste menigte, in strijd met den kloostervoogd HERDERIK van Schildwolde, stormt de kloosterkapel binnen, rooft het corpus domini met het ciborium en steekt de kloostergebouwen in brand.
Aan het vreedzaam hart rooft gij den vrede, Maar gij schenkt hem weder, onverwacht En wien gij de weelde toe-bedacht Van uw blikken, zoo fluweelig-zacht, Dien omspannen zij van lieverlede, En hij slaakt een lang-gezuchte klacht, Doch een vreugderijken juich-kreet mede.
Hierna begon ik op eenen dag te denken over datgene wat ik van mijne Vrouwe gezegd had, dat wil zeggen in de beide voorgaande sonnetten; en ziende in mijne overweging dat ik niets gezegd had van datgene wat zij op het oogenblik in mijzelf uitwerkte, scheen het mij dat ik gebrekkiglijk gesproken had; en dus nam ik mij voor woorden te zeggen in welke ik zeide op welke wijze ik ontvankelijk scheen te zijn voor haren invloed en hoe hare deugd in mij werkte. En meenende zulks niet in de beknoptheid van een sonnet te kunnen verhalen, begon ik toen eene canzone , welke begint: Zoolang nu heeft mij Amor in zijn macht En mij gewend aan zijne heerschappij, Dat even hard als eerst mijn slavernij Mij scheen, zij thans mij lieflijk lijkt en zacht. En zoo, wanneer hij ganschelijk mijn kracht Mij rooft en mijn gedachten jaagt uit mij, Gevoelt mijn zwijmelende ziel zòò blij, Dat mijn gelaat, ofschoon verbleekend, lacht. Dan voel ik hem zoo hevig in mijn leven, Dat hij mijn zuchten dolend roepen doet Om mijne Vrouwe zoet, Of zij nog hooger heil mij konde geven. Dus ondervinde ik, w
Uit de klasse der Vogels rooft hij Sneeuwhoenderen, Pluvieren, Strand- en Zeevogels; vooral onder hunne jongen richt hij een groote slachting aan. Bovendien eet hij alle dieren, die door de zee op de kust worden geworpen.
Wacht u voor den wolf, die het lam rooft! Wacht u voor den wolf, die het schaap rooft! Deze liedjes had zij echter niet geleerd van haar vader, maar van een »ma tante", in welker huis zij later, toen hare ouders overleden waren, gewoond had, en dat »veel tijd wel".
Wel rooft zij meestal kinderen, en waagt gewoonlijk alleen dan een strijd met volwassenen, wanneer deze ziek of afgemat zijn, en wanneer zij slapen; in sommige gevallen overviel zij echter weerbare mannen. In eenige streken van Afrika wordt zij daarom als een ware landplaag beschouwd, vooral daar waar zij in groote menigte voorkomt.
Even als eene gansche kudde schapen eene grootere totale ruwe kracht bezit dan een wolf en niettemin deze eenige van de schapen rooft, zonder dat deze makkers door collectieve handeling zich hiertegen weten te verzetten, zoo overheerscht een betrekkelijk klein aantal Europeanen millioenen Hindoes of Javanen en in beide gevallen heeft de duur van die en de berusting in die overheersching haar gerechtvaardigd.
Evenals toch de zijne jongen zorgvuldig opvoedende arend, andere dieren die hij magtig kan worden, rooft en moordt, zonder zijne zedelijke verpligtingen te kort te doen, evenzoo kan de wilde deze vrij wel vervullen, terwijl hij steeds vijandig optreedt tegen andere stammen en zelfs tegen andere huisgezinnen.
Zoo bleef de bedrieger de slaaf van den bedrogene. Tiende Vertelling. Paganino van Monaco rooft de vrouw van signor Ricciardo van Chinzica. Deze, wetend, waar zij zich bevindt, reist weg, wordt de vriend van Paganino en eischt haar weer op. Hij staat haar, als zij het wenscht, aan hem af, maar zij wil niet met hem terugkeeren en als de heer Ricciardo sterft, wordt zij de echtgenoote van Paganino.
3DE ELF. En ik! 4DE ELF. Wat is te doen? TITANIA. Bedient deze' edelman, vliegt op zijn wenk; Omzweeft zijn schreên, springt hupp'lend om hem heen; Zoekt bramen, druiven, zoet en frisch meteen, Vijg, abrikoos en moerbei, 't eêlste alleen; Rooft 't honigblaasje aan de bij; haar scheen, Met was beladen, zij zijn kaars, en leen' Van 's glimworms oog het vuur; verlicht zijn schreên Met zorg, als hij ter ruste wenscht te treên; En 't bonte wiekje, vlinders afgesneên, Weer' 't maanlicht van zijn slapende oogeleên; Buigt voor hem, Elfen, viert hem ongemeen!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek