Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 26 juni 2025
In volgende bundels hopen wij op dezelfde wijze weer werk van anderen te vereenigen. O liefde, liefde, die als lijden zijt, Rijs in mijn oog met iedren nieuwen dag, Dat ik de wereld en haar kindren mag Zien in uw licht, een kind dat u belijd.
Het rijs, in bergen aangebracht, Bevloert welras de diepe gracht, En stijgt er tot den boord. De ladders worden saamgetast, En hechten aan den muur zich vast; De strijders dringen voort, En klautren op, met sterke hand, En klemmen zich met knie en tand Aan stijl en sporten vast. En stuift een dichte pijlenregen Uit schietgat en kanteel hun tegen Het aantal groeit en wast.
Sjomka nam een rijs van den grond en sloeg er mee tegen den bevroren stam van eene linde. Ritselend viel de rijp van de takken; dat was het eenige geluid dat zich liet hooren. Ik heb er dikwijls over nagedacht, werkelijk, waarom zingt men?"....
"Dan gane we je vader 'n borretje van álles brenge", zei Suikerpeer: "dan krijgt-ie 'n 'n franse maaltijd eerst visch pezon enne dan harde bokking bekon enne dan rijs met soger-errette"... Na de hardheid van den dag, 't sloven en zwoegen in de felle winterkou, schenen ze uitgelaten te worden. Kwam de morgen, dan kwam de morgen.
»En als ze nu wéér vol is wie weet hoe ver ik dan al weg ben van hier!" Marieken zeide niets. »Ken je 't nog?" hernam hij, na weder eene pauze: »dat schoone lied van Staring": Toon ons uw luister, o zilveren Maan, Rijs uit het meer. Lach den zwervenden schepeling aan, Straal op 's wandelaars donkere baan In uw lieflijkheid neer.
Welke nieuwe zienswijs, wanneer op eens de geheele natuur met haar werkingen wordt voorgesteld als aan ons streven verwant! "Wanneer de natuur u onderwijst, dan gaat de zielenkracht voor u open en verstaat ge hoe de eene geest tot den andere spreekt"; "de geestenwereld is niet toegesloten; uw verstand is toe en dood uw hart. Rijs op leerling!
Nu de Schiedammers zien, dat er met geweld niet veel tegen de Hoeksche roofbenden uit te richten valt, wenden ze het weer over een anderen boeg. Ze zullen het thans met list beproeven. Tusschen de puinhoopen te Delfshaven graven ze diepe kuilen, die door takken, latten, rijs en stroo, met puin bedekt, onzichtbaar gemaakt worden.
Zoo sterve ik zonder vrees of schrik, Getroost in Uw erbarmen: Mijn sluimring duurt éen oogenblik Gij zult mijn stof beschermen. Straks roept Uw stem: "Ontwaak! Ik klop!" Dan rijs ik uit de windsels op, En werp mij in Uwe armen! Op den Berg der Jammren, Herder zonder lammren, Sprakeloos en koud, Met gebroken oogen, 't Heilig hoofd gebogen, Hangt de Heer aan 't hout.
Stemme-streelingh, snaren-krabb'ling, Is een konstelicke brabb'lingh, Die sijn handen en sijn keel Niet en kennen als ten deel, Maer, al stinckt het eigen roemen, Laura kan sijn keel niet noemen. Of sy staet er af en trilt Als een Eicken rijs in 't wild; Snaeren kan sijn hand niet raecken, Die wat Laura's-achtig kraecken, Of sijn vingers gaender af, Als een viervoet naer een draf.
Loof en rijs zijn verbrand in vuren, die de wind mijlen ver over de hellingen heeft geblazen. De zware takken zijn omlaag gestooten in de ravijnen en de opbruisende bergbeken. De stammen blijven liggen waar zij gevallen zijn, om met wind en weer de lange jaren door te vermolmen tot teel-aarde, goed voor de jonge thee.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek