Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 juni 2025


Ik was evenals de zoodanige, die, een verre zeereis zullende ondernemen, den persoon, die hem toevallig aan de haven voorbijgaat, slechts met een onverschilligen blik beschouwt, maar weldra hem met de grootste opmerkzaamheid gadeslaat, nu hij verneemt, dat de onbekende zijn reisgenoot zal wezen: en alsdan uit zijn houding, woorden en gebaren tracht op te maken, of hij in hem een aangenamen, dan wel een lastigen makker zal aantreffen.

In de laatste dagen van April reed mijnheer Krüger met mij en onze twee knechts naar Apia waar wij in het Hotel International onzen intrek namen. Wij troffen daar mijn vroegeren reisgenoot, Gustaaf Gaedecke, reeds aan, die mij hartelijk welkom heette; wij hadden elkander sinds anderhalf jaar niet gezien.

Om drie uur schrikten eenigen van het gezelschap op door een paar schokken en mijn buurman Turk gaf me een hartelijk stootje en vertelde me: "Pandermi gaeldi", waar wij in gewoon Hollandsch voor zouden zeggen: "We zijn in Panderma". Mijn vriendelijke reisgenoot gaf me hier inlichtingen.

"Denk nog dezen nacht over mijn voorstel na. Wellicht zijt gij morgen vroeg tot andere gedachten gekomen." "Morgen met den dag moet ik weder vertrekken," zeide de monnik: "een der oogmerken mijner komst was vrijgeleide door het Sticht te verzoeken voor mij en voor een reisgenoot, aan mijn opzicht toevertrouwd; doch daar gij niet bekend wilt zijn...."

Daar hoorde ik opeens achter me het natte klokken van vocht; ik sprong op en zag achter me mijn dikken reisgenoot met het hoofd achterover geleund op het wagenschot. Zijn dik gezicht verdween geheel achter een leêren wijnzak. Tusschen de gebruinde spieren van zijn rooden gestrekten hals zag ik den koelen stroom van den wijn dalen. Met volle teugen dronk hij.

"Maar je hadt haar moeten vinden zooals ik, de mooie oogen vol tranen, na een onkieschen voorslag van Van der Krop, die te veel gedronken had. Hoe bitter had ze 't op haar zenuwen!" "En was die Van der Krop een knap manskerel?" vroeg de onverbiddelijke reisgenoot. "Dat had juist niet over. Ik voor mij noemde hem een monster, en Keetje desgelijks.

»Dat had toch niet kunnen zijn, ik heb een reisgenoot, vriendlief! dien gij over 't hoofd ziet," hernam Frits glimlachend, en Piet een wenk gevende dat hij zich omkeeren moest daar deze met den rug naar Sir Reginald had gestaan, die met echt Britsch flegma de zwijgende toeschouwer van het tooneeltje was geweest.

"Waarom heb je dat niet eerder gezegd?" had hij gevraagd. "Je kunt zooveel eten krijgen, als je maar wilt. Honger hoef je niet te lijden, als je een arend tot reisgenoot hebt." Dadelijk daarop had de arend een boer in 't oog gekregen, die een akker liep te bezaaien, dicht aan den oever van de rivier.

Die feestelijke stemming hindert ons, als wij een blik slaan op de mannen daar vóór ons, die de hangmat torschen, waarin het lijk van onzen ongelukkigen reisgenoot rust. Maar wat deert der natuur onze smart; en hoe zouden wij kunnen verlangen dat ook zij rouw droeg om ons verlies? Schijnt zij niet de volstrekt onverschillige en ongevoelige, in wier zielloozen boezem geen hart het onze tegenklopt?

Ook het kasteel bekeken zij nog, bleven toen nog een poosje zitten babbelen en kropen al vroeg onder de wol. Een nieuwe reisgenoot. Den volgenden morgen werd de tocht voortgezet, ook nu weer te voet, want het reizen met den postwagen was Van Halen, door de slechte wegen, zóó onaangenaam geweest, dat hij liever nog loopen wilde.

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek