Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 juli 2025


Ga, Melitta, en haal den bruiloftstooi der bruid, de armbanden en halsketens, die in het bronzen kastje op mijne kleedtafel liggen, opdat onze lieveling haar gemaal in een gewaad, dat de toekomstige vorstinne past, de hand kunne reiken."

"Neem mij niet kwalijk, Excellentie, wanneer ik u in de reden val," waagde ik te zeggen, "in de artikelen, die ik voor mijne vrijlating heb bezworen staat immers, dat Zijne Majesteit de Alleenheerscher der Alleenheerschers is, wiens bezittingen tot aan de uiterste grenzen van de wereld reiken en bij wiens wenken de knieën van de vorsten van de aarde knikken.

Maar Reinout en zijn broeders vluchtten op het ros Beyaert, en zij ontvloden den toorn des konings, tot waar zijn hand niet reiken kon; doch niet gelukkig is de banneling, want men onthoudt hem zijn recht. Zij reden op het trouwe, sterke ros Beyaert, dat hen droeg van land tot land, en Beyaert was een ridder mede, hij werd gewond, zoo de broeders gewond waren.

Zullen mijn luttele weldaden den Lion nieuwe levenskracht geven? Ik ben zeker van niet. Er is zelfs geen twijfel in mij. En vol weemoed wandel ik naar de zee, langs de heerlijke bloemenmarkt, de kleurprachtige groentenmarkt, langs de uitstallingen van curieuze visschen. Zelfs al die kleuren en geuren in de zon wekken mij niet op. Al die rozen en mimoza's, die violieren en anjelieren en irissen; al die oranje en purperen aubergines en poivrons; die prachtige roze uien; en heel die byouterie-schat van de Middellandsche zee: die visschen met parelmoêren, azuren en violet-zilveren en rood-gouden schubben, die beesten met ál de glauke tinten van het water over rug en aan buik, al die vroolijkheid van het geding en geroep ... dat alles, wat ik anders zoo lief heb, omdat het bont, kleurig en vroolijk is in den genereuzen gloed van de morgenzon, die zoo mooi langs de oude huizen der oude stad felle schijnsels en lila schaduwen smeert ... dat alles wekt mij niet op. Mooi pogen de vischvrouwen mij met armdikke palingen, als blauwzwarte slangen, te bezweren mijn voordeel toch niet voorbij te loopen; mooi reiken de bloemenverkoopsters mij haar tuilen rozen en mimoza's onder de neus, de kleuren en geuren bedwelmen mij niet: ik sla zonder eén woord het gouden mimoza-stuifsel

Daar zit geen hoovaardigheid in want er zijn twee praemissen: Ten eerste dat ik zou vinden; ten tweede dat ik talent zou hebben. Ik hoop op den goeden weg te zijn naar dit ideaal, en dat ik bewust de dingen wil die voor den sterkeren dichter noodzakelijk zijn, is voor mij van belang. Men moet toch reiken, wil men iets bereiken.

Ziedaar, wat ik allen geef, die mij genegen zijn! O! ik zou u willen toeroepen, omdat ik zoovéél, zoo zielsveel van u houd: Laat me los, trek u terug van me! ban me uit uwe gedachten, uit uw hart! vergeet me! Laat me alleen worstelen! want o God! u weet niet in welk een wespennest u zich steekt met mij de hand te reiken! Laat mij maar alleen!

Toen de gasten kwamen, moesten wij afreizen, alleen de vroegkomers konden wij nog even de hand tot afscheid reiken! De heer Kamerling, die ons, niettegenstaande 't in de war gestuurde diner, toch zelf naar de boot bracht, had van tevoren gezorgd, dat de bagage bezorgd werd, die reeds netjes op haar plaats in onze hutten op ons wachtte.

Zie rond, telkens verder, en juich het dan toe dat er in al die steden en dorpen nog mannen worden gevonden wij hopen hoe langer hoe meer, eenvoudige mannen, beseffende dat ze mensch zijn en niets meer, mannen, die er in de grootste gebouwen welke met hun hooge torens zich als boven het alledaagsche verheffen den medemensch herinneren dat er nog iets meer en iets hoogers is, dan geld en goed, en eer en aanzien: weldoen in stilte; den naaste te geven wat hem toekomt; aan den beleediger de hand ter verzoening te reiken.

Het Mälarmeer en de Oostzee of Saltsjön reiken van het Westen en het Oosten diep binnen tot in het hart van Stockholm. In het Mälarmeer alleen drijven bijna 1200 eilanden en deze vertoonen op groenen grond meer dan 200 paleizen en schilderachtige landhuizen. En het eilandencomplex van de Oostzee geeft een dergelijk beeld.

De oogen zijn bloedrood, de pooten donker leikleurig, de snavel is zwart. In al deze landen is zij veelvuldig, vooral in boschrijke vlakten. De vleugels zijn lang en reiken in rust tot voorbij den staart. Het vederenkleed is effen zwart met groenen en violetten weerschijn. De oogen zijn donkerbruin. Totale lengte 40, staartlengte 15 cM.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek