Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 juli 2025
Boven in hun grijzige logeerkamer, sprak Jozef nog geen woord: hij scheen in gedachten. Zwijgend gaf hij haar den telegram over. Mathilde las 'm. O, God, zeî ze, wat zullen we nu doen? Niets, andwoordde hij, precies hetzelfde wat we anders gedaan zouden hebben. Laten we maar liever zoo gauw mogelijk afreizen. En niet meer in Arnhem stil blijven? Nee, natuurlijk niet, dadelijk naar huis gaan.
„’k Heb er destijds van gehoord.” „Zoolang ik de kermissen kon afreizen, had ik ten minste een stuk brood, soms redelijk goed zelfs; maar toen mijn heele rommel afbrandde en.....” „Je was toch geassureerd?”
Na onzen terugkeer volgden er drie weken van aanhoudenden regen, waarin alle paar uur een stortbui op ons neerplofte met onweêr des nachts en donder onder het ratelen van den regen op het plaatijzeren dak. De vochtigheid was zoodanig, dat alles doorweekt werd en wijzelven moe en ontstemd werden. Ik was dus blij, toen de stoomboot aankwam en ik kon afreizen.
Toen de gasten kwamen, moesten wij afreizen, alleen de vroegkomers konden wij nog even de hand tot afscheid reiken! De heer Kamerling, die ons, niettegenstaande 't in de war gestuurde diner, toch zelf naar de boot bracht, had van tevoren gezorgd, dat de bagage bezorgd werd, die reeds netjes op haar plaats in onze hutten op ons wachtte.
"Ik ben degeen, die zal moeten strijden en werken, en klauteren en wachten, en misschien nog niet eens zal worden toegelaten." "Dan zul je mij tot gezelschap hebben, als je dat kan troosten. Ik zal heel wat moeten afreizen, voor ik jullie Hemelsche Stad bereik. Als ik er heel laat aankom, zul jij dan een goed woordje voor me doen, Bets?"
»Welnu, je kunt dan voorloopig mijn bediende wezen en zoo dadelijk met ons afreizen als je wilt."
De goeverneur neemt den brief en voldoet aan den wensch van den Prins. "Gij ziet het, Zuijlestein. Mijn oom, Zijne Majesteit Karel II van Engeland, heeft de schepen gezonden, om hare Koninklijke Hoogheid mijne moeder af te halen. En zij verlangt, dat ik terstond zal afreizen, om haar vaarwel te zeggen."
Eerstens was het een prachtigen dag, vol afwisselingen en ten tweede konden wij in geen geval vóór zes uur aankomen, zoodat de naar Caïro vertrekkenden niet zouden kunnen afreizen en nu was van allen de hoop, dat het schip niet vóór tien uur in Port Said zou aankomen, dan konden wij den nacht nog op het schip doorbrengen en konden Zondagmorgen afreizen, of hadden gelegenheid een hotel te zoeken.
Die brave lieden konden dan ook wel niet vroeger komen, want toen ik Den Haag doortrok, stonden de rijtuigen nog voor den schouwburg en mijne aanstaande reisgenooten, die toch kwalijk in hun tooneelkostuum konden afreizen, waren dus verplicht geweest, zich, eer zij Den Haag verlieten, nog in hunne dagelijksche plunje te steken.
Derhalve wanneer zullen w£j vertrekken?" "Welk een zotte inval! Zwom zij dan zoo bizonder?" vroeg Anna, zonder hem te antwoorden. "Volstrekt niet bizonder. Ik zeg immers ook, dat zij afschuwelijk was. Dus, wanneer dunkt je, dat we moeten afreizen?" Anna schudde het hoofd, alsof zij eene onaangename gedachte verdrijven wilde. "Afreizen? Waarheen? O ja! Hoe eer hoe beter.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek