Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 25 juni 2025


Perceforest, bij Quatrebarbes, Oeuvres du roi René II p. xciv. Des trois chevaliers et del chainse, van Jakes de Baisieux, ed. Scheler, Trouvères belges I, 1876, p. 162. Rel. de S. Denis, I p. 594ss.; Juvenal des Ursins, p. 379. Dionysii Cartusiani Opera t. XXXVI p. 206. Deschamps, I p. 222, no. 108, I p. 223, no. 109. Journal d'un bourgeois de Paris, p. 59, 56.

René van Lotharingen moest van een gevecht afzien, omdat zijn landsknechten weigerden, op grond dat het de weekdag van Onnoozele kinderen was. Johannes Gerson neemt uit dit gebruik de aanleiding tot een tractaat tegen het bijgeloof in het algemeen en dit in het bijzonder.

Het lijkt zóó sterk op wat we overal gezien hebben, dat ik twijfel of het Tarascon wel is en even ophoud om te vragen. Certainemeinn, monsieur, antwoordt een stem die klinkt als koper. Gezellig, die klank te hooren, de echte Tartareinn-klank! Wij komen ietwat in de stemming. Daar is de brug, en rechts, op den oever, een ronde grijze toren met kanteelen: la tour du roi René. Wij glimlachen....

Of in een uitgewerkte fantazie, zooals die waarmee koning René zijn eindeloos Cuer d'amour espris besluit: de kamerdienaar komt met een kaars kijken, of 's konings hart niet weg is; maar hij kan geen gat in de zijde ontdekken: "Sy me dist tout en soubzriant Que je dormisse seulement Et que n'avoye nullement Pour ce mal garde de morir."

Vijf jaar later moest majoor Laing de Sahara doortrekken; te Tombuctou gekomen en eenige mijlen hooger op, werd hij gewurgd door de Ouelad-Shiman, die hem wilden dwingen muselman te worden." "Weder een slachtoffer!" zeide de jager. "Toen ondernam een moedig jongeling met zijne zwakke hulpmiddelen de verbazendste der hedendaagsche reizen, dat was de Franschman Réné Caillië.

Het paard is zwart, met een rouwdekkleed, de lans is zwart, het schild is sabel met zilveren tranen. Ook bij de Arbre Charlemagne zijn de schilden zwart en violet met gouden en zwarte tranen. Niet altijd echter is het in den somberen toon gezet: een andermaal houdt de onverzadelijke schoonheidsvriend koning René de Joyeuse garde bij Saumur.

Vntlvkton hjra wêra, thån swêgon tha fügelon ånd ne rordon tha blêdar navt mar. Weldige Frya. Thrvch thêne kråft hjrar blikkar strêk thene lâwa to fara hjara fyt dål ånd held thene addur sin gif tobåk. Rêne Frya. Hjra yta was hüning ånd hjra drank was dâwa, gâdvrad anda bôsma thêra blommur. Lichte Frya.

Nu had ik wel naar Tarascon willen terugkeeren, daar nog een poosje rondkuieren, misschien er een avondje doorbrengen. Maar mijn goede vriend, en ook mijn dames, voelden er niet zoo veel voor, verlangden verder te rijden. Met een laatsten blik van spijt en weemoed keek ik nog eens naar la tour du roi René en naar het geestig stadje om, en richtte toen mijn stuur op Nîmes.

Zij dacht dadelijk dat dit de vriend zou zijn, waarvan René haar gesproken had. Laurence had haar boek gesloten en was opgestaan, terwijl de jonge heer, zijnen hoed in beide handen houdend, met eene hoffelijke groetenis tot haar genaderd kwam. "Mijnheer Léon Duval, mijn beste vriend, Laurence, mijne zuster," sprak René, de beide jongelieden aan elkaâr voorstellend.

La Marche, II p. 119, 144; d'Escouchy, I p. 245 , 247 ; Molinet, III p. 460. Chastellain, VIII p. 238. La Marche. I p. 292. Le livre des faits de Jacques de Lalaing, bij Chastellain, VIII p. 188 s. Oeuvres du roi René, I p. lxxv. La Marche, III p. 123; Molinet, V p. 18. La Marche, II p. 118, 121, 122, 133, 341; Chastellain, I p. 256, VIII p. 217, 246.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek