United States or Finland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Verleden op het bal bij de Eekhofs ... Suzette draafde door; gedecideerd, die Suzette was niet te houden van middag; zij hoorde zeker al de castagnetten van haar Spaansch costuum in heur hersentjes klepperen. Jules was in een bui van kribbigheid geraakt, maar hij hield zich stil bij de jongens, in een raam. U is niet erg gesteld op Quaerts, niet waar, tante? vroeg Anna.

Wat? Wat is het? dacht ze. Maak ik me dat nu wijs, of is het zoo? Ik voel het toch ... Het was heel vaag en toch was het heel duidelijk ... Het was haar of er een lichtbeeld, een schaduw van licht was achter alles wat zich daar had voorgedaan. Achter Amélie en Jules en Quaerts en dat gevallen boek, dat hij even in de hand had gehouden ... Beteekenden die luchtschaduwen iets, of ...

Je maakt me zenuwachtig met dien onzin. Schaam je toch voor meneer Quaerts! Jules keek vreemd op. Voor Taco? Vindt je, dat ik me schamen moet, Taco? Wel neen, jongen ... De klank van zijne stem was als eene liefkoozing. Cecile zag hem aan, verwonderd. Zij had gedacht, dat hij Jules voor den gek zoû hebben gehouden.

Zoodra Cecile zat, bespeurde zij, dat aan hare rechterzijde Quaerts was gezeten. De teleurstelling, dat hij haar niet aan tafel had moeten brengen, wischte zich dus aanstonds uit, maar haar blik bleef koud, als altijd. Zij h

Suzette was heel vroolijk, vol van een fancy-fair, waar zij, gecostumeerd in een Spaansch costuum, zoû moeten verkoopen. En jij niet, Anna? O neen, tante, riep Anna, verschrikt in elkaâr kruipend. Ik op een fancy-fair! Ik zoû nooit iets slijten aan de menschen. Ach, het is een tact! zeide Amélie, met een blik, die ver weg dreef. Quaerts was opgestaan.

Suzette merkte niets van haar malaise. De heeren kwamen weêr binnen. Cecile lette op of Quaerts mevrouw Hijdrecht zoû aanspreken. Maar hij nieerde haar geheel en zelfs, toen hij Suzette naast Cecile zag, wendde hij zich tot haarbeiden, om met Suzette, wie hij nog niet gesproken had, te schertsen. En het was Cecile een verlichting, toen zij kon vertrekken.

Er was in dien naam iets slechts, iets wreeds: Quaerts, Quaerts ... Zij wierp het stuk karton neêr, boos op zich zelve. Ze had het koud, en ze had zich verloren, zooals gisteren avond bij de Van Attema's. Ik ga niet meer uit. Nooit meer, nooit meer! zeide zij, bijna hard op. Ik kan zoo tevreden zijn in mijn eigen huis. Zoo tevreden met het leven, zoo mooi gelukkig ... Dat kaartje!

Anna speelde slecht whist tot wanhoop van Suzette; o, dat kind vergat zelfs de grootste troeven! en Dolf riep zijne vrouw: Amélie val eens in, tenminste als Quaerts niet wil. Je geeft je dochter wel niet veel toe, maar het is toch nog een ziertje beter! Ik zal liever mevrouw Van Even gezelschap hoûen, sprak Quaerts.

Ik voor mij geloof óok, dat je Taco Quaerts verkeerd ziet. Hij is een heel interessant mensch, en volstrekt niet zoo alleen maar een sportman. Ik weet niet wat er in hem is, maar er is iets in hem, iets anders dan in andere menschen. Ik zoû niet kunnen zeggen wat ... Zij zweeg, zoekende, afdwalend.

Stap voor stap gingen zij voort en zij gevoelde eene zoete vreugde zich te laten leiden door hem; zij klemde zich vaster aan zijn arm, zeide lachend dat ze bang was en dat ze heel bang zoû zijn, als hij haar nu in eens losliet. En als ik nu in eens wegliep en u liet staan? schertste Quaerts.